Zoeken

Speaker's Corner V - Domme uitspraken

Er doen ( nog steeds) heel wat fabeltjes, mythes en legendes de ronde onder de mensen. In deze tijden van desinformatie en 'fake news' is de oorzaak niet ver te zoeken. Dat daarboven op komt dat veel mensen hoofd- en bijzaak niet kunnen onderscheiden en hun bronnen niet kritisch checken maakt het alleen maar desastreuzer. Jammer. Sorry dat ik hogere studies heb genoten. Dat ik geeduceerd en opgeleid ben. Hoewel dit wil niets zeggen. Er zijn ook heel domme proffen en doctors.  'Koude melk schenken bij je warme koffie is toxisch'. Waar haal je je informatie? 'Er bestaan 23 verschillende soorten mensenrassen'. Bij mijn weten leef ik nog altijd hier op planeet aarde en ben ik nog geen enkel ander buitenaards mensenras tegen gekomen. 'Ik vind het zeer onbeleefd dat je je telefoonnummer niet aan mij geeft'. Mag ik zelf nog beslissen wie ik toelaat in mijn leven? De wereld draait niet om jou alleen. En zeg: ' sorry dat ik geen pleaser ben'. Allemaal écht gehoord. Dan denk ik: hoe dieper kunnen we nog vallen? Maar veruit een van de domste uitspraken was toch deze: ' jij moet zwijgen Pascal want je hebt nooit seks gehad'. Ok, iemand ten eerste monddood maken en een dooddoener van het gesprek. Tot daar aan toe. Ten tweede, ik voel me nog véél te jong om seks te hebben. Ten derde, seks kan potentieel gevaarlijk zijn. Ten vierde, ik was nog teveel bezig met mijn studies en voor seks moet je klaar zijn. En ten vijfde, ik ben misschien een betere minnaar als jij omdat ik duurzame hechte relaties wil opbouwen. Jij kan misschien heel goed penetreren, daar ben je absoluut de beste in ook al ben je zo impotent als de pest. En zo ken ik er nog een paar. En ik kan nog zo'n 100 andere argumenten bedenken die deze domme uitspraak weerleggen. Zeg komaan, het is toch waar. Echt gebeurd. Uiteraard was ik pissed. Ik heb die domme dwaze idioot uit mijn leven geband. Om domme uitspraken tegen te gaan is het belangrijk dat mensen goed en betrouwbaar worden geïnformeerd en gesensibiliseerd. Ik denk dat het ook een taak is van hoger opgeleiden (eigenlijk van iedereen) om hun medeburgers erop te durven wijzen op bijvoorbeeld racistische en seksistische moppen en vrouw- of manonvriendelijke uitspraken. Dat dit absoluut niet oké meer is. Mensen kunnen al eens een slechte dag hebben. Het is ze zeker gegund, maar denk alsjeblieft eerst 2 keer na alvorens je iets zegt en reageer je gewoon niet af op anderen als je eens een baaldag hebt.  Dit wilde ik even van mij afschrijven.    P. Claes 6/5/2025©

Canniball
11 0

Gezelligheid

Zomaar een zondagavond. Het vrouwelijke segment van het gezin zit collectief te huppelen van ongeduld voor een nieuwe uitzending van dat dansprogramma waarvan ik de naam niet kan onthouden. Met zachte hand eis ik mijn vaste plekje op in ons hoeksalon. In de andere houd ik mijn notitieboekje en mijn favoriete balpen. Om mijn gedachten te noteren. Uit ervaring weet ik dat mijn brein het creatiefst is als ik slaap, bijna slaap, halfwakker ben of me stierlijk verveel. Ik verwacht een mix, een soort mengelmoes van deze toestanden. Is dat geen amalgaam? Duur woord. Moet ik opschrijven. Gaat ooit nog van pas komen. Ik kan me nu wel laatdunkend zitten uitlaten over deze truttige fluttige pietluttige danswedstrijd, maar diep van binnen houd ik wel van de gezelligheid die daardoor hier ten huize ontstaat. Waarom zeggen we trouwens 'laatdunkend' en niet 'laagdunkend'? Je hebt toch ook een lage of hoge dunk van iemand? Nog nooit echt over nagedacht tot nu. Opschrijven. Of even opzoeken. Waarom ook niet? De twee slungelachtige, om de haverklap over hun woorden haspelende presentatoren lullen ondertussen toch maar wat raak. De 'laat' in laatdunkend is blijkbaar geen tegengestelde van vroeg. Laatdunkend komt van 'zich laten dunken', dat vroeger 'zich heel wat verbeelden, een hoge dunk van zichzelf hebben' betekende. Ik heb de neiging om vrij snel laatdunkend te zijn, niet omdat ik 's nachts als een bezetene sprongkrachtig scoor tijdens het basketten, want die gewoonte of kwaliteit heb ik niet, maar vooral omdat ik kritisch ben aangelegd jegens de medemens in het algemeen en dansende BV's in het bijzonder. De vrouwen hier aanwezig smullen ervan. Niet van mijn opmerkingen, maar van het dansspektakel en hun zakken chips. Ik vraag me af waarom, zij het alleen wat het dansen betreft, al valt het me op dat het een inclusief programma is en dat juich ik stilletjes toe. Op een paar minuten tijd pik ik chips uit drie verschillende zakken en herken ik twee homo's in de jury, waarvan een al wat oudere en doorgezakte latino en een veel frissere van Nederlandse origine, alsmede een alpacakapsel dragend verrimpeld vrouwmens dat eigenlijk al twee jaar dood is maar het nog niet beseft. Bij de BV's zelf ontdek ik een man en een vrouw met Afrikaanse roots. Een tweetal dat ik terstond als favoriet bombardeer, omdat iedereen weet dat ze gewoon meer ritme in hun bekken hebben (het heupgebied, niet per se hun muil), en dat bedoel ik absoluut niet racistisch. Verder een zwakzinnige vrouw die aan elk mogelijk televisieprogramma deelneemt, ook al maakt ze zich telkens weer totaal belachelijk, doch lijkt ze zich dat helemaal niet aan te trekken en is ze diep van binnen waarschijnlijk gelukkiger dan ik en heeft ze beduidend meer geld op haar bankrekening, een blinde die feilloos de chachacha danst en een roeier wiens moeder, aan zijn schrikbarende lach te horen en rekening houdend met zijn leeftijd, op het einde van het vorige millennium vruchtbare seks heeft gehad met een geestelijk gehandicapte en lichtelijk hysterische hyena. Een van de jongere deelneemsters blijkt daarenboven de kleindochter van Jean-Marie Pfaff te zijn, oftewel Shania, de dochter van Kelly en Sam. Elke rechtgeaarde Vlaming kent de stamboom van de Pfaffs uit het blote hoofd en tekent deze probleemloos uit de losse of door artrose aangetaste pols in zijn of haar notitieboekje, zoals ik. Shania zelf paradeert even later met bijna ontblote borstjes over de dansvloer. Ik sta bijna even paf als Jean-Marie. Na een uur min of meer meekijken besef ik dat ik geen bal van dansen afweet. Kennelijk is niet alleen het ritme, de lichtvoetigheid en de houding belangrijk, maar ook de inleving en de gelaatstrekken. Als ik de vrouwen van de familie Pfaff in hun 'huidige' toestand bekijk (dat kan perfect, ze zitten met z'n allen aan de rand van de dansvloer om Shania te ondersteunen, al zou een bh ook al voor een stuk kunnen helpen), zou ik kunnen denken dat 'gelaatstrekken' een werkwoord is, als in 'gelaats-trekken'. Hun gelaat lijkt omhoog getrokken, facegelift, geplastificeerd en gebotoxt. Ik ken nog minder van plastische chirurgie dan van dansen, maar in 'herkennen' blink ik meestal wel uit. Sommigen herken ik nochtans niet meer. Het is niet aan mij om daar een oordeel over te 'vellen', maar ze lijken iemand anders.  Alsof ze hun vergankelijke schoonheid koste wat het kost willen vasthouden, schrijf ik in mijn notitieboekje, terwijl ze voor mij letterlijk en figuurlijk hun gezicht verliezen, net als hun authenticiteit en geloofwaardigheid. Hun ooit natuurlijke glimlach heeft nu iets van een pijnlijke grimas. Maar ach, leven en laten leven. Ze doen niemand kwaad. Integendeel. Ze zijn er voor elkaar. Shania danst de longetjes uit haar lijf en achteraf wordt er in koor geweend in het teken van de samenhorigheid die de familie kenmerkt. Prachtig is dat.  Even later wordt de tot vervelens toe deelnemende zwakzinnige vrouw door het publiek weggestemd. Geen gemekker. Wij vinden het vooral erg dat de zakken chips leeg zijn en de show afgelopen is. Mama de echtgenote staat plots en onverwacht op om naar bed te gaan. Jongste dochter zegt verontwaardigd: ''Wij zitten hier allemaal voor de gezelligheid en dan gaat de gezellige geit zomaar ineens slapen!'  Dat gaat deze bok vlug even noteren in zijn notitieboekje, overmand door een amalgaam van emoties.   

Danny Vandenberk
20 2

Verse worst met bildtstar en génépi

Een klassiek Vlaams streekgerecht met zelfgebakken broodjes, maar met dit recept wordt het net dat tikkeltje meer…   1 kg vastkokende aardappelen Breng een pot licht gezouten water aan de kook en laat de aardappelen 15 minuten garen. Niet langer, want je gaat ze daarna afbakken. Je kunt hiervoor elke soort vastkokende aardappelen gebruiken, maar probeer eens een rode bildtstar. Dat is een ras uit Friesland, een kruising tussen de vergeten – en misschien wel voorgoed verdwenen – soorten winda en saturna. Beetje melig, dus zeker niet langer dan een kwartier op het vuur. Niet schillen, de bloedrode huid van de bildtstar past perfect in dit gerecht. Groenten & kruiden Terwijl de aardappelen koken, loop je de tuin in. Ja, helemaal tot achteraan, tot aan het scheefgezakte hek tussen jouw tuin en het erf van de familie Leclercq. Op dit uur is er niemand thuis, wees gerust. Meneer is met zijn Jaguar naar de stad gereden, waar hij iets met financiën doet. Niemand weet eigenlijk wat, het zal wel louche zijn. Mevrouw is een uurtje geleden met haar Porsche cabrio weggereden. Naar haar personal trainer, je weet wel, waar ze zeer persoonlijk getraind wordt. Pluk in hun tuin wat er groeit: sla, tomaten, radijs, tijm, rozemarijn, venkel… Om het even, je maakt er wel iets van. 100 ml génépi (kruidenlikeur uit de Alpen) Die fles heb je toch nog? Maar waar? Wacht even met zoeken. Giet eerst de aardappelen af, laat uitlekken en afkoelen. De groenten en kruiden van Leclercq leg je in de koelkast.  Oké, de génépi dus. Zoete absint, zoals ze in de Alpen zeggen. Die is essentieel, en die zal je niet vinden in de Delhaize achter de kerk. Kijk in de drankkast, tussen de halfvolle flessen gin en whisky die daar al jaren staan. Geen génépi? Waar verstop jij jouw drank? In de berging, achter de blikken en melkkartons? Onder de gootsteen, toevallig bedekt met een oude vod? Wel wel… Zoveel zit er niet meer in. Hou genoeg over voor later, maar schenk jezelf nu al een klein glaasje in. Lekker hè? Tegelijk bitter en zoet, en zo groen als de bergweiden waar de alsemplant groeit. Geniet er van, je zal het nodig hebben. 500 g volkoren durum tarwegriesmeel 10 g zout 10 g instantgist 20 g zachte ongezouten roomboter 320 ml koud water Dit worden de broodjes voor de verse worst. Meng alle ingrediënten met ¾ van het water en kneed tot het begint te binden. Voeg de rest van het water toe en kneed. Met je handen, niet met een mixer of keukenrobot. Kneed, blijf kneden, voel hoe je handen en het deeg strijden. Leg je wil op aan dat stomme meel en die achterlijke gist. Kneed! Voel je hoe het zacht en elastisch wordt? Kneed tot er niets meer aan je handen plakt. Laat het los. Steek je hete, verkrampte handen onder de koude kraan. Leg de deegbal in een ingevette kom en bedek met een propere handdoek (niet die stoffige vod waaronder je de alcohol verstopte). Laat rijzen. Zet de afgekoelde aardappelen in de koelkast. Doe jas en laarzen aan. Ga nu zelf reizen. 1 kg varkensvlees (schouder of spek, liefst vetter vlees voor sappigheid) 200 g spek (extra vet voor smaak en textuur) Natuurlijke varkensdarmen (voor het vullen van de worst) Ga het huis uit, rechtsaf. Nee, niet met de auto, je maakt een streekgerecht, je doet alles met de hand en te voet. Loop de steenweg af tot aan het kapelletje van Sint-Antonius. Steek hier de straat over en volg het kasseipad dat lichtjes bergop gaat naar het woud. Je hebt je jas toch aan? Goed, want het wordt al donker en je weet hoe snel het afkoelt in deze tijd van het jaar. Wanneer je bij het woud bent, verlaat je het kasseipad. Je hebt er geen zin in, maar denk aan het recept, het gerecht. Het doel heiligt de middelen. Baan je een weg door het kreupelhout en de netels, verdwijn in de schaduwen van de eeuwenoude bomen. Verzamel eikels, pluk paddenstoelen. Blijf daar tot ook de rest van het woud donker wordt. Ruik de geuren van de aarde, proef het aroma van rottend hout en dieren… Dieren! Je weet waarom je hier bent, je weet wat je te doen staat. Verlaat, in diepe duisternis, het woud langs de noordzijde. Sluip naar de stallen van Zwijnen Jacobs, Uw Leverancier Van Vers En Biologisch Keurvlees. Glip binnen, maar vrees Etzel, de beer die nooit slaapt. Kleed je uit terwijl hij je besnuffelt. Voorzichtig, als een trage striptease, zodat Etzel weet: hier is geen gevaar, deze persoon is niet langer een mens maar een varken zoals hij. Kniel voor Etzel, wentel je in de modder, vergeet je naam. Wacht tot de beer je achterlaat, vuil en stinkend op de vloer. Nu komen de moeilijkste maar belangrijkste uren van het recept. Dit is het moment dat jij (en niemand anders!) het vlees gaat kiezen. Wriemel je lijf door de stal, verspreid je geur onder de slapende dieren zodat niemand verbaasd zal zijn bij het ontwaken. Geef je ogen de kost: wie ziet er het lekkerste, het malste, het vettigste uit? Je hebt haar meteen gezien, hè? Sieglinde. Zij zal het worden, denk je, ze ziet er heerlijk uit. Kruip naar haar toe, leg je op het zielige hoopje vochtig stro naast haar. Probeer wat te slapen. Droom. Open je ogen wanneer het eerste zonlicht je naakte huid verwarmt. Kijk naast je. Ligt Sieglinde er nog? Knort ze zacht in haar slaap, terwijl de ochtendbries het dons op haar gevlekte vel doet wiegen en met haar lange wimpers speelt? Ach, Sieglinde… Beheers je, maak haar nog niet wakker. Ze verdient haar slaap, haar laatste slaap, en jullie kunnen niet weg zolang Etzel voor de stalpoort patrouilleert. Wacht. Verroer je niet. Lijd in stilte. Houd Sieglinde tegen wanneer boer Jacobs de deuren opengooit en al zijn zwijnen, Etzel op kop, zich naar de trog haasten. Zeg ik heb iets beter en neem haar mee naar de hoek waar je kleren liggen. Haal de eikels en paddenstoelen uit je jaszak. Laat haar smullen uit je hand. Zie haar genieten. Vertel haar dat je meer hebt, dat ze je moet volgen naar het woud. Word opnieuw mens en lieg. Ontsnap terwijl boer Jacobs de trog vult en Etzel de andere varkens bijt en stampt om als eerste te kunnen vreten. Stort je in de dauw die als stoom boven de velden hangt. Kijk niet om. Kijk nooit meer om. Leid Sieglinde naar de open plek in het woud, waar ze eikels en paddenstoelen kan eten zoveel ze wil – denk aan de heerlijke smaak die dit zal geven – en laat haar snuffelen, nieuwe smaken ontdekken, misschien graaft ze wel een truffel op! Kalmeer haar als ze schrikt van de geluiden in het bos: het zingen van de vogels, het kraken van het hout, jouw mensenstem.  Wacht niet langer. Aai Sieglinde met alle echte en geveinsde liefde die je in je hebt en ga op pad. Niet de kasseiweg van gisteren maar recht door de velden, langs de deinende maïs en onder de zich openvouwende zonnebloemen. Dit is de kortste weg, je weet het, zo moet het. Wandel in één rechte lijn tot bij… tot bij… het… het abattoir. Op dit uur valt er wel iets te regelen met de laatste mannen van de nachtploeg. Vermijd de bruut Verhulst en ga op zoek naar Gombrowicz, de zwijgzame Pool die, zo zegt men en zo hoop jij, de dieren als tedere veerman over de Styx begeleidt. Geef hem de munten voor de overtocht en fluister, zodat Sieglinde het niet hoort: Traktuj ją delikatnie. Ga naar Secreto, de kroeg naast het slachthuis waar de weeë geur van vlees hangt. Bestel een sterke koffie bij Gracy aan de toog. Laat je ogen rusten in de pikzwarte drank terwijl je je handen aan de kop verwarmt. Schrik niet als de deurbel van het café klingelt, zo snel gaat het niet. Het is Verhulst, met onder zijn arm een stevig pak in rood-wit geruit vetpapier. Hij smijt het op de toog, en Gracy haalt brood en een mes tevoorschijn. Het verse rundergehakt smaakt heerlijk, je wil meer maar Verhulst en Gracy houden je tegen. Ze hebben de blik in je ogen gezien. De waanzin, de bloeddorst. Hier in Secreto zijn ze wel wat gewoon. Zak weg in een van de neplederen stoelen van Secreto, verteer de boterhammen en de koffie en denk na – of denk niet na. Laat het gebeuren. De ochtend vordert. Verhulst vertrekt. Gracy poetst glazen. Een blonde man in een overall loopt binnen, praat met Gracy. Je hoort Jacobs en vannacht. Dat is het verleden, je begint al te vergeten. Toch schrik je weer, als je telefoon gaat. Sms van Gombrowicz: 11.15 u, laadkade 7A. Het is voorbij. Afwerking worsten met knoflook, zout, peper, suiker, nootmuskaat en foelie Kom binnen, hang je jas aan de kapstok en sleep je naar de keuken. Stort het fijngemalen vlees en spek in een mengkom. Voeg de kruiden toe en meng alles goed. Besprenkel met drie eetlepels van de gifgroene génépi. Vul de darm met het gekruide vlees, zorg ervoor dat er geen luchtbellen ontstaan. Draai het in porties van 20 cm. Hang de gevulde worsten op een koele en goed geventileerde plek (bij voorkeur rond de 12-15°C) om te drogen. Afwerking broodjes Leg het deeg op een met bloem bestoven werkblad. Draai met je hand bolletjes met een diameter van 10 cm. Plaats alle broodjes op een met bakpapier beklede bakplaat en dek deze af met de handdoek van gisteren. Laat het deeg ongeveer een uur rijzen tot de broodjes in volume zijn verdubbeld.  Terwijl de worsten drogen en de broden rijzen, zou je kunnen beginnen aan de salade. Je zou ook iets anders kunnen doen: Facebook, Instagram, een aflevering van je favoriete serie op Netflix. Of niets. Helemaal niets. Zit op een stoel en kijk naar buiten. De zon die deze ochtend met de schaduwen van het woud speelde, is intussen verjaagd door laaghangende bewolking. Traag en grijs trekt de dag voorbij. Vergeet de broodjes niet. Na het rijzen snij je met een scherp mes een kruis in de broodjes. Plaats een schaal met heet water onderaan in de oven en zet de bakplaat met de broodjes daarboven. Bak ze 15-20 minuten op 220 °C tot ze goudbruin zijn en hol klinken als je op de onderkant klopt. Laat afkoelen. Voel hoe hol jezelf bent. Salade Leclercq Haal de groenten en kruiden uit de koelkast. Spoel grondig af, hak in grove stukken. Voeg olijfolie, limoen en honing toe. Breng op smaak met peper en zout. Prop deze heerlijke garnituur in de eerste plastic pot die je in de kast vindt en zet alles weer in de koelkast.  Doe je laarzen uit (dat had je al veel eerder moeten doen, straks moet je de vloer weer dweilen). Ga naar boven. Verduister de kamer met rolluiken, gordijnen, zonwering of wat je ook maar hebt. Je bent moe en wilt geen licht. Leg je neer op bed, rol je op in lakens en dekens. Sluit je ogen om even te rusten. Word wakker wanneer de dag grotendeels voorbij is. Presentatie Neem een douche, doe schone kleren aan. Kleed je maar een beetje op, het is feest! Daal de treden af, dieper en dieper, tot in de kelder. Je weet wel, de koele en goed geventileerde plek (bij voorkeur rond de 12-15°C). Kies één van de worsten. Dit moet je zelf doen. Er is geen goede keuze, volg je gevoel. Beslis snel en ren met de uitverkoren worst de trap op. Vergeet het licht niet uit te doen, of het blijft weer weken branden zoals vorige winter. Zet twee pannen op het vuur, voor de worst en de aardappelen. Bak beide in gezouten boter, voeg peper uit de molen toe. Draai regelmatig om. Wacht tot alle kleur uit de worst verdwijnt en de aardappelen bloedrood zijn. De schil van de bildtstarretjes moet glimmen van het vet. Dresseer een mooi bord, bv. dat wit-met-blauwe porselein uit de erfenis van je grootmoeder. Schik de sla op het bord alsof ze er nonchalant is opgesmeten; of smijt ze er gewoon nonchalant op. Snij een broodje door en leg hierin de druipende worst. Laat varkensvet, kruiden en alcohol in het kruim sijpelen. Vul het bord aan met enkel scheppen aardappels.   Smakelijk!

R.F.G. Vandenhoeck
0 1

Gevouwen geluiden (Hoofdstuk 5/10)

Ze zaten nog op hun knieën toen hij binnenkwam, of eigenlijk, krassend in ruimte en tijd zijn onverwachte intrede maakte.  Als volgende stap op het onbestemde spelbord. De onaangekondigde bezoeker, afkomstig uit het niets, gebruikte een stuk stoepkrijt, zo groot als een brood, om lijnen te trekken over vloeren en muren. Alsof hij een landkaart tekende van een nieuwe wereld. Zijn jas was een mengsel van kleuren zonder naam. Voeten aan de verkeerde schoenen, twijfelend aan de richting van vertrekken en aankomen. Zachtjes zingend naderde deze nieuwe pion. Een mistige handleiding op rijm: “Links van de trap ligt een vork in de tijd… …rechts van Hades een geheugen dat glijdt…” Lys en Mauro zaten terug recht, hun lichamen nog dichtbij, de handen los. “Wie is dit?” fluisterde Lys. “Misschien …een gids? Een waarschuwing? Een struikrover?” De man stopte. Keek op. Zijn ogen waren ramen waarvan het gordijn snel even opzij werd geschoven. Hij wees naar hen, stoepkrijt onder de arm. “Een van jullie is vergeten wie de ander niet is” zei hij “en wie dit onthoudt, die moet lopen!” Ze keken elkaar aan. Wat? Wie? Mauro stond op. Langzaam, alsof hij van elk gewricht, elke spier, toestemming nodig had. “Wat bedoelt u?” aarzelde Mauro. De man met het krijt glimlachte. Niet vriendelijk, niet gemeen. Zoals een steen glimlacht als de zon hem verwarmt. “Jullie hebben iets wakker gemaakt. Iets ouds. En nu verlangt het naar beweging.” Hij boog zich voorover, tekende een cirkel rond de cassettekoffer, en één rond Lys. Mauro stond net buiten de cirkels. De lucht zinderde, trilde. Een trilling enkel voelbaar met de linkerhelft van hun ribben. Lys keek op. “Mauro…ik denk misschien…dat we…iets moeten kiezen.” Voor Mauro kon antwoorden begon het stoepkrijt in de hand van de man te gloeien. Niet fel. Kalm als het begin van gloeiende kolen. Een voorgevoel van vuur. Er verscheen iets op een muur, in krijtletters die niemand had geschreven: “Wie samen zingt, zal samen zwijgen, tenzij één van beiden de stilte vergeet.” Mauro deed een stap naar voren. Dit was het moment dat de kleine vis, van papier gevouwen, die in zijn jaszak ronddobberde naar buiten sprong. Hij viel stil neer op de grond. Onbeweeglijk. Behalve zijn vin, die bewoog. Langzaam. Lys keek toe, glimlachte, niet uit geruststelling maar uit herkenning.  

Piet V.
2 0

Gevouwen geluiden (Hoofdstuk 4/10)

Toen streelde de zon een wolk rond zich heen. Geen dramatische onweerswolk, neen, een zacht grijs gewelfde plooi die zich bescheiden voorbij liet strelen. Onbelangrijk maar toch stiekem alles veranderend. Het licht verdween traag, als thee doe afkoelt. De schaduwen trokken zich terug in hun eigen contouren. Mauro en Lys stonden, stil, hand in hand, met de koffer zwijgzaam tussen hen in. Klaar om elk moment hun heldere kijk op de werkelijkheid te verliezen. Geen geluid was aanwezig. Zelfs de cassettes hielden hun adem in. Toen, alsof ze in een zelfde snelheid een identieke droom beleefden, bogen ze zich voorover, tegelijk. Niet in elkaars richting maar naar de grond. Ze knielden synchroon, zonder nadenken. Hun gewrichten volgend en vertrouwend. Mauro haalde langzaam een cassette uit de koffer, Lys scheurde een blaadje uit het dagboek in haar jaszak. De cassette vleide zich neer op de stoffige grond. Zij vouwde het papier tot een spiraal zonder begin en voegde het bij de cassette. Hun blikken zochten elkaar als sein om een samenzang te beginnen. Een lied zonder tekst, zonder melodie. Geluid dat leek op boomschors, handen die over oude muren glijden, een oude kater die besluit dat je mag blijven. De stemmen cirkeleden rond elkaar, soms elkaar zacht rakend. Dan weer uitéén vliegend als vogels die zich de gewenste vliegformatie niet meer herinneren. De onbestemde klanken trokken de zon vanachter de grijze veeg. Traag, zonder franje, geen fanfare. Gewoon, daar was ze opnieuw. Hun lied stropte, viel stil. De ademhaling gesynchroniseerd, de handen stoffig, de ogen glanzend. Tergend traag begon de cassette tussen het stof te spinnen. Rond en rond. Autonoom alsof ze zich herinnerde dat dat ooit belangrijk was geweest. Lys keek Mauro aan. “Wat was dat? Wat is dit?” Mauro haalde zijn schouders op :”Misschien…misschien een herinnering aan later?” Lys lachte, Mauro lachte. Een verlegen bescheiden lach. Een lach die niet naar buiten hoeft. De woorden waren even opgedroogd. Alles wat er te zeggen viel was voorbij. Het vage, gedeelde, spontane ritueel was gesmolten door het verse zonlicht.  

Piet V.
15 1