Inclusief schrijven in vier stappen
Je maakt je tekst graag zo toegankelijk mogelijk voor al je lezers. Maar hoe begin je eraan? We formuleren vier stappen. Met extra tip aan het einde!
1. Kies de juiste stijl
Nog voor je aan het schrijven gaat, moet je al keuzes maken. Je beslist met welke tone of voice, of stijl, je aan de slag gaat. Met andere woorden, je past je stijl aan aan je toekomstige lezers. Als je een tekst schrijft voor een heel formele context zal de stijl anders zijn dan voor een tekst die enkel naar je buren gaat.
2. Kies het juiste taalniveau
Niet iedereen zal je tekst begrijpen als die te ingewikkeld is. Wil je een breed publiek bereiken, vermijd dan vaktermen en gebruik eenvoudige synoniemen van moeilijke woorden.
Ken je het Europees referentiekader voor taalniveaus? Schrijf dan voor lezers met niveau B1.
3. Vermijd stereotypen
Je trapt vlug in de val: een piloot is een man, de ouder die de kinderen naar hun hobby's brengt, is de moeder. Wees je bewust van deze stereotypen. Durf in je tekst ook eens een stereotype om te keren. Waarom niet?
4. Schrijf gendergevoelig
Er zijn veel alternatieven voor de veelvoorkomende hij/zij. In deze blogpost lees je meer over gendergevoelig schrijven. Schrijf je, bijvoorbeeld, een uitnodiging voor het spaghettifestijn van de jeugdbeweging, ga dan voor een aanspreking als “Dag ouders” in plaats van “Dag mama’s en papa’s”. Zo voelen ook mensen die zich niet identificeren als man of vrouw zich aangesproken.
Een laatste tip
Laat je tekst nalezen. Als je zelf al uren aan een tekst werkte, ken je hem zo goed dat je de schoonheidsfoutjes niet meer ziet. De tweede lezer zal sowieso zaken opmerken die jij niet merkte. Bij deze ook: bedankt, collega’s, voor het nalezen!
Foto Aaron Burden / Unsplash