Samenwonen
Samenwonen. De laatste tijd een veel gebruikt woord in mijn omgeving. De vraag wanneer ik ga samenwonen klinkt inmiddels ook niet nieuw meer. Sterker nog, het is bijna standaard. Net zoals mijn antwoord: wanneer de tijd daar rijp voor is. Tijd geeft alle antwoorden. De reacties die daar op volgen bestaan vaak uit een tijdslimiet die mensen ons geven. Ik geef jullie zes maanden, een jaar, twee jaar. Tijdslimieten die wij samen zonder schaamte verbreken. Wie bepaald wanneer wij er aan toe zijn? Wie weet beter wat wij aankunnen? Wat voor ons passend is? Is er een strak recept voor een gelukkig huwelijk? Als het enkel een recept opvolgen is, waarom gaan er dan zoveel mensen weer uit elkaar?
Samenwonen, ja het klinkt heerlijk, romantisch. Fijn, gezellig, zakelijk gezien zelfs minder belastend. Alleen ook eng, beangstigend, beklemmend, nieuw. Nieuwe spannende dingen heb ik persoonlijk niks op tegen, vaak hou ik er zelfs van. Nieuwe dingen uitproberen, nieuw ervaringen op doen, gewoon een dotje doen, en zien wat er uitkomt. Ondanks dat een dotje doen een groot deel van mij karakter weerspiegeld, valt er in deze situatie te veel te verliezen, om op die schaal maar te zien waar het schip strand. Wat als wij er nog niet aan toe zijn? Wat als het daardoor fout loopt? Wat als…
Als ik nu om mij heen kijk, zie ik een huis, een wereld, die ik zelf met blote handen heb weten op te bouwen. Een creatie begonnen vanaf het nulpunt, een gevolg van een strijd waar ik niet voor had gekozen. Het is mijn plek, mijn veilige plek. De plek waar ik op een vrije avond in mijn stoel neerplof, in mijn super comfortabele, maar onaantrekkelijke schapen hoodie, met een mok koffie in mijn hand, verdrink ik in de wonderenwereld van mijn boek. De plek waar ik tot rust kom, waar ik mij volledig kan afsluiten van de buitenwereld. De plek waarvan veel mensen niet zullen begrijpen dat ik er trots op ben, maar het is mijn trots, mijn steun en toeverlaat. Mijn tastbare overwinning die ik behaald heb, na hard vechten voor mijn bestaan. De plek waarvan ik bepaal wie er binnen komt en voor hoelang. De plek waar ik de regie in handen heb. Waar ik niet hoeft te vechten om mijn grenzen te bewaken. Nee, de voordeur is mijn grens. Van iedereen daarbinnen verwacht ik respect voor mijn grenzen, zonder ruzie, zonder woorden. Wederzijdse respect, dat is waar alles om draait.
Misschien vraag je je nu af wat daaraan zal veranderen bij het samenwonen. Als het goed is niks. Gek genoeg heb ik daar ook alle vertrouwen in. Toch steekt nog regelmatig het gekwetste meisje in mij op. Het meisje wat alles wat ze bezat, in een oogwenk verloor. Door een keuze die niet het hare was. Mede door dat meisje, ben ik volgens sommige mensen, onmenselijk lang vrijgezel gebleven. Een volledig bewuste keuze. Een goeie relatie is gebouwd op vertrouwen. Iets wat ik behoorlijk wat jaren terug was verloren. Ik was op het punt beland dat ik niemand meer kon vertrouwen, mijn familie, mijn vrienden, mijn toekomstige partner. Tot zoverre dat het mij niet meer lukte om in de spiegel te kijken en te zeggen: Meid, ik vertrouw je. Doe wat goed voelt. Ik kon mezelf niet meer vertrouwen. Het was hun gelukt om mijn gevoelens en daden zo te beïnvloeden, dat ik keuzes maakte die niet bij mijn overtuigingen paste. Ik had gefaald om hun die kracht in handen te geven. Hoe kon ik een ander vertrouwen als ik mezelf niet meer vertrouwde. Hoe kon ik een buitenstaander binnenlaten, als ik het verschil niet meer zag tussen goed en fout. Hoe kon ik mezelf nog laten zien aan een ander, als ik het zelf niet eens meer zag. Jaren van vechten, puzzelen en bouwen, is dat meisje steeds verder op de achtergrond beland. Als ik nu in de spiegel kijk, zie ik een volwassen vrouw, die houdt van hetgeen wat ze ziet. Iets wat ik heb bereikt door hard te vechten voor mijn bestaan.
Als ik nu verder kijk zie ik een groepje mensen, uniek allemaal op hun eigen manier. Waar ik op mijn manier weer allemaal verschillend van hou, hun aanwezigheid waardeer. Waaronder biologisch maar tegelijkertijd ook zelf uitgekozen familie. Een select groepje vrienden, die ongevraagd mijn metormofose meemaakte. Een punt wat af en toe best lastig zal zijn, gezien ik op best wat punten op het zicht heel veel ben veranderd. Ik ben nog steeds ik, alleen durf ik nu steeds meer te laten zien wie ik echt ben, en wat ik wil. Waar ik voorheen snel mijn woorden inslikte om de tegenpartij gelukkig te maken, of meedeed aan alle sociale verwachtingen, weeg ik het nu voor mezelf af. Hoe belangerijk is die sociale verwachting, hoeveel vraagt het van mij, hoeveel krijg ik er voor terug. Hoeveel is wat waard? Moet ik het mezelf echt ongemakkelijk maken om present te zijn bij alle sociale bijkomstigheden? Of moet ik het mezelf gewoon lekker comfortabel maken en genieten van mijn tijd in mijn schapenhoodie? Waar ik jaren terug braaf deed wat er van mij verwacht werd, probeer ik daar nu een selectie in te maken. Maakt mij dat een ander mens? Misschien wel voor de buitenwereld. Alleen voor mijn gevoel, ben ik eindelijk steeds meer ik. Een strijd die nog steeds niet is uitgestreden maar elk stap maakt mij gelukkiger en rustiger.
Dat brengt mij terug op het punt, samenwonen. Na een jarenlange vrijgezelle tijd met volledig onthouding van welke vorm van romantiek, heb ik nu een partner naast mij staan waar ik mijn leven voor zou geven. Kan ik heerlijk weg fantaseren in het plaatje huisje, boompje, beestje. Trouwen, samenwonen. Het idealistische romantische sprookje, tot de dood ons scheid. Dromen zijn er om waar te maken, en je leeft maar een keer. Klopt! Ook helemaal mee eens. Het is ook mijn doel, om uiteindelijk al mijn (uitgestelde) dromen waar te maken. Stap voor stap. Dag voor dag. Alleen kan ik nu nog niet met volledige overtuiging zeggen dat ik klaar ben om samen te gaan wonen. Moet ik die stap dan zetten, met alle mogelijke gevolgen vandien, omdat de maatschappij dat van ons verwacht? Je leert toch ook niet rennen voordat je kan lopen? Ben ik iemand überhaupt verantwoording verschuldigd? Mij verantwoorden omdat ik dit goed wil doen, op onze manier, op ons tempo. En niet perse op de manier zoals gebruikelijk is. Maakt dat onze liefde naar elkaar, verkeerd, minder?