Koeien
Op de zwart-wit foto is duidelijk te zien dat de koe een volle uier heeft. Mijn overgrootvader melkt het dier met zijn handen. De boerderij kent zijn einde lang voor mijn geboorte, koeien melken is een dagelijkse realiteit van voor mijn bestaan. Ik ben opgegroeid zonder boeren in mijn omgeving en toch ben ik ergens onderweg in mijn leven tussen de koeien beland.
Naar het voorbeeld van mijn overgrootvader leer ik hoe het moet. Ik zet me neer op een krukje naast de koe, ik plaats mijn hoofd zacht tegen haar lijf en met mijn twee handen die elk een andere speen omringen, duw ik de melk uit haar uier naar de emmer die alles opvangt. De melkoogst van deze handelingen is voor eigen gebruik. Moderne koeien melken op deze manier is een tijdrovende bezigheid. Het voelt eerder aan als een vergeten ambacht die hobbygewijs wordt uitgevoerd. Melkkoeien kunnen vandaag een gemiddelde van 9000 kg melk per jaar produceren. De koe op de foto voldoet waarschijnlijk niet aan deze hedendaagse normen.
***
Wat zou er van de boerderij geworden zijn als deze niet was stopgezet.
Een rundveebedrijf anno 2025 bestaat voornamelijk uit hoogproductieve dieren. Zouden we meegegroeid zijn of vastgehouden hebben aan de traditie van een kleinschalig gemengd familiebedrijf. Ik geloof graag dat we dan één van die boerderijen zouden zijn waar nog dubbeldoelrunderen rondlopen. Stel je voor, een koe die zowel vlees als melk levert.
Doorheen het land zijn er verschillende landbouwers die vasthouden aan de lokale rassen. Ze zien de voordelen en kijken verder dan productiviteit. Een vijftal jaar geleden reed ik door ons Vlaamse landschap op zoek naar deze mensen en hun koeien. Ik vond jonge en minder jonge exemplaren. Boeren die voor altijd fan gebleven zijn van hun koeien, maar ook boeren die heel bewust overschakelden op dubbeldoelrassen.
Het Kempens roodbont rund is op dat moment een oude bekende. De kennismaking met het witblauw dubbeldoelrund, het rood rund van West-Vlaanderen en wit-rood rund van Oost-Vlaanderen is een verrijking voor mijn koeienkennis. Deze dieren zijn een buitengewone bron van genetische diversiteit. Ik vraag me af of er nog nakomelingen van mijn overgrootvaders koe rondlopen of dat haar bloedlijn ergens vanaf de jaren ’80 is verdwenen. Het is in die periode dat men het Kempens rund inkruist met de roodbonte Holstein. Het doel is om de melkproductie te verhogen maar dat is buiten de concurrentiekracht van diezelfde Holstein gerekend. De roodbonte koe verdwijnt uit het zicht tot er in 2012 iemand beslist om het ras nieuw leven in te blazen. Ook in de landbouw hebben we mensen nodig die vasthouden aan hun overtuigingen en het gangbare naast zich neer leggen. De enkelingen die fokken met het originele type vormen de basis voor een nieuw stamboek. De drie andere rassen kennen een soortgelijk verhaal.
***
Lichaamsmetingen zoals borstomtrek en schofthoogte zijn indirecte selectiecriteria voor genetische verbetering maar ook om gewicht en groei-eigenschappen te voorspellen. Ik rijd niet doelloos van de ene boerderij naar de andere. Dit komt met een plan. We onderzoeken de situatie van dubbeldoelrunderen in Vlaanderen. De variatie aan boerderijen en stallen is groot. De verscheidenheid aan koeien valt nog af te wachten.
Een eerste stap is de koeien opmeten. De schofthoogte vaststellen met de meetstok is vrij lineair en makkelijk te benaderen. De borstomtrek bepalen met de lintmeter is afhankelijk van de variatie grootte van de koe en lengte persoon. Met mijn eigen 1m60 is het kwestie van eerst de koe gerust te stellen. Het kalme karakter van de dieren speelt in mijn voordeel. Terwijl ik het uiteinde in mijn hand houd gooi ik de lintmeter over de koe. Op mijn hurken, met mijn hoofd zacht in haar zij geduwd probeer ik met mijn vrije hand het andere uiteinde te zoeken en vast te nemen. Met een gemiddelde borstomtrek van 179 cm is het Kempens roodbont rund makkelijker te meten dan de 201 cm van het wit-rood rund van Oost-Vlaanderen. Mijn mede-koeienonderzoeker bekijkt de dieren nauwlettend en geeft ze een score van 1 tot 9. De lichaamsbouw, klauwen, uiers en zelfs de spenen worden gedetailleerd bekeken. Het is de eerste keer dat ik een koe op deze manier bekijk. Zou mijn overgrootvader op dezelfde manier naar zijn dieren gekeken hebben.
De ene stal is de andere niet. Sommige boeren hebben geïnvesteerd in moderne stallen met ligboxen, anderen huisvesten hun dieren in potstallen die geschiedenis vertellen. De opgepotte mest vermengd met verschillende lagen stro dienen om de akkers te bemesten. Dit onderdeel van kringlopen sluiten is voor velen belangrijk binnen de bedrijfsvoering, zo blijkt uit de keukentafelgesprekken die ik met hen voer. Ze vertellen me over de kracht van hun koeien, overschakelen naar productievere rassen is niet aan de orde.
Eén van mijn uit te voeren taken is een biopt nemen, hierbij zijn de koeien minder behulpzaam. Ik begrijp hen, ik zou het zelf ook niet aangenaam vinden moest er iemand DNA-materiaal uit mijn oor halen om te kijken hoe het gesteld is met mijn genetische kenmerken.
***
Aan de verschillende keukentafels nemen de koeiengesprekken verschillende vormen aan. De ene is terughoudend, de andere blijft vertellen. De variatie aan boeren is groter dan de diversiteit in de stal. De keuze tussen vlees of melk is geen afgebakend gegeven. Bij dubbeldoelrunderen is het belangrijk om bij selectie het evenwicht te bewaren. Bij lokale populaties waar de band tussen de geschiedenis, de producten en de specifieke omgeving van de runderen betekenisvol zijn, is deze balans cruciaal. In Italië zetten lokale melkveehouders in op de productie van Parmigiano Reggiano. Deze exclusieve en dure kaas, gemaakt van de melk van de lokale Reggiana runderen zorgt voor een toenemende interesse in dit ras. In IJsland verkopen ze Skyr - een melkproduct van lokale IJslandse runderen- als erfgoed van de Vikings. Misschien moeten we de Belgische rassen uitspelen als de dapperste der Galliërs. Mijn overgrootvader had geen uitgekiende marketingstrategie nodig. De melk bewaarde hij in melkkannen en de melkerij haalde ze dagelijks op.
Een sterke selectie op een bepaalde eigenschap geeft genetische schade op andere kenmerken. Door deze koeien niet te laten specialiseren in melk of vlees behouden we hun waardevolle functionele eigenschappen. Levensduur, robuustheid, zelfredzaamheid, vruchtbaarheid en afkalfgemak maken van deze dieren superkoeien. Om het in maatschappelijk verantwoorde termen uit te drukken, deze karakteristieken beïnvloeden de economische efficiëntie van dubbeldoelrunderen.
***
Ik wil meer weten over de boerderij van mijn overgrootvader. Zijn zoon, de broer van mijn grootvader, is degene die me meer details geeft. Het was een groot melkveebedrijf, ze hadden wel acht koeien. De boerderij bestond ook uit enkele trekpaarden en een jaarlijkse aardappeloogst. Als ik vraag naar het ras van de koeien krijg ik te horen dat het wit-zwart Belgische koeien zijn en af en toe ook een rode. In eerste instantie is het me niet duidelijk wat hij daarmee wil zeggen. Ik vermoed dat hij zich vergist en dat hij witblauw bedoelt. Na een zoektocht op het internet leer ik dat het Kempense ras niet alleen uit rode dieren bestond maar dat zwartbonte koeien hier ook deel van uitmaakten. Ik lees verder en ontdek dat ze vooral in de streek van mijn overgrootvaders boerderij voorkwamen. Het zwartbonte ras was als eerste aan de beurt toen men besloot om met Holstein bloed in te kruisen. Ondertussen is hun genetica grotendeels verdrongen. Deze nieuwe kennis doet me geloven dat de bloedlijnen van mijn overgrootvaders koeien niet meer terug te vinden zijn.
Holsteinisatie is de bijhorende term voor dit deel van onze koeiengeschiedenis. Het lijkt alsof iemand op een bepaald moment de nood voelde om een ronkende naam te verzinnen zodat een gebeurtenis met negatieve weerklank beter klinkt.
***
De koe in de wei is een beeld dat minder voorkomt. Het gras en de kruiden dat in diezelfde wei groeien vormen een goede basis voor het rantsoen van koeien. Dit ruwvoer is voldoende voor een rund om in zijn eigen onderhoud te voorzien en om melk te geven aan één kalf. Voor de holsteinisatie kon eender welke koe hier voldoende energie uit halen. De dag van vandaag is dit een privilege voor onze lokale en dubbeldoelrunderen. Hoogproductieve dieren hebben extra energie nodig in de vorm van krachtvoer. Voor 1975 bestonden zowel de natuurlijke graslanden als de ingezaaide graslanden in Vlaanderen en omstreken uit verschillende grassoorten. Engels raaigras, veld- en ruwbeemd, beemdlangbloem, kropaar maar ook verschillende kruiden kon men hier terugvinden. De koeien van mijn overgrootvader hadden een luxebuffet ter beschikking.
Onze oudere traditionele rassen bezitten de juiste eigenschappen om zich aan te passen aan verschillende soorten graslanden en natuurgebieden. De functionele eigenschappen zoals robuustheid, hun vermogen om op ruw terrein te kunnen grazen, aanhoudend te kunnen wandelen, de lage impact van de lange wandelingen op hun melkproductie, het bestand zijn tegen hittestress, hun lagere voedingsbehoeften, een goede vruchtbaarheid, afkalfgemak en een lange levensduur maken dat deze runderen geschikt zijn voor begrazing. Een berg positieve eigenschappen waar we nog veel te weinig gebruik van maken.
De toename van grote grazers in natuurgebieden kent gelukkig een positief verloop. Ik kom ze tijdens wandelingen steeds vaker tegen samen met de infoborden die vertellen hoe je te gedragen in de buurt van de koeien. Een belangrijke regel is om minstens op 15m afstand te blijven. Dat was een hele uitdaging toen de koeien verspreidt lagen over het wandelpad. Gelukkig ben ik inventief en creatief en wist ik me net zoals dubbeldoelkoeien aan te passen aan de omgeving en de situatie.
***
Een dubbeldoelkoe die we allemaal kennen is de Milka-koe. De situatie van de Vlaamse dubbeldoelrassen is nochtans niet zo paars-kleurig. Het aantal geregistreerde vrouwelijke stamboekdieren in 2024 was laag tot zelfs zeer laag. Het witblauw dubbeldoel en het wit-rood van Oost-Vlaanderen doen het met 1.955 en 1.968 dieren het beste. De situatie voor het Kempens roodbont bedraagt 588 koeien maar het rood rund van West-Vlaanderen moet het doen met slechts 365 dieren. Om een idee te krijgen; van ons Belgisch blauw staan er 37.809 dieren op stal en we worden van melk voorzien door een kleine 242.683 Hosltein-Friesians. De holsteinisatie loopt gewoon door terwijl de dubbeldoelkoe zich een weg graast door natuurgebieden en kruidenrijke graslanden.