Zoeken

Leren lezen.

COBRA COPENHAGEN BRUSSEL AMSTERDAM ex x xxxxxx x video verf edHet begon allemaal waar ik toen woonde.Ik woonde niet in een grote stad.Ik woonde niet in een kleine stad.Ik woonde niet in een groot dorp.Ik woonde niet in een klein dorpje.Ik woonde op de grens van twee onooglijke dorpjes.Nu beschouwd ik het als een fantastische plek om als kind te woonen.Buiten tientallen cafés waar de buurt tijdens hun schare vrije tijd elkaar opzochten was er niks. De boerderij waar we als kinderen in het hooi speelden. De straat.Op die plaats zette mijn grootvader, een overlevende van de eerste Wereld oorlog,  mij op zijn knieën.Hij toonde met zijn vinger de tekst boven het stripverhaal in de krant. ZONDER HANDEN ZONDER TANDEN. Het kapoentje. Waarschijnlijk was ik zo nieuwsgierig dat ik alles wat ik vond probeerde te lezen.De non die mij moest leren lezen vond het nogal vervelend want ik kon al lezen.Het ergste was ik werd ver gehouden van boeken.Een van de dingen die ik toen als kind deed: ik las advertenties in de krant en ik schreef ernaar. Ik leerde als ik naar een ambassade van een land schreef ik massaal informatie van die landen toegestuurd kreeg. Zo stond  er op een dag een vertegenwoordiger van bakkerij producten voor de deur en die vroeg aan mijn moeder of ze een bakkerij wou beginnen.Het verschrikking was, ik mocht geen  boeken lezen. Op een dag, toen mijn moeder ontdekte dat  ik een boek lag te lezen, scheurde ze het boek en stak het in brand in ons tuintje. Want op die plaats waar ik woonde was het enige haalbare arbeider worden. Zodanig sjokte ik op 14 jarige leeftijd het fabriek binnen.  Ondertussen heb ik menig bibliotheek uitgelezen. Van Asimof, dunas, de hobits, Don Quichot en vooral het leven van Miguel de Cervantes naar mijn nieuwe ontdekking. In Antwerpen waren er boeken winketjes waar voor enkele franken een vloed aan tweedehandse boek te koop waren. Mijn nieuwe ontdekking Bart Van Loo. Door zijn Napoleon begreep ik eindelijk de Franse revolutie. De Bourgondiërs en stoute schoenen lees ik in een ruk uit. Hij is overal, toevallig deed ik de radio aan en wie hoorde ik den bart. Nu reis ik in zijn MIJN FRANKRIJK. Hem achterna.DANK U BART VOOR ZOVEEL LEES WEELDE. ************************************ De symptomen zijn duidelijk. Zodra je aan een goede Dumas begonnen bent, valt die moeilijk opzij te leggen. Als je dat nillens willens toch moet doen, kijk je de hele tijd uit naar het moment dat je de roman, weer ter hand kunt nemen. Eenmaal opnieuw vertrokken begin je na verloop van tijd halve zinnen over te slaan, en lijkt het nu en dan of je over je ogen struikel. Niet zelden bedek je met je rechterhand de volgende bladzijde om je voor valsspelerij te behoeden. Spreek gerust van acute literaire verliefdheid, vlinders in de buik, buikliteratuur. Een boek verslinden, heet zoiets dan clichématig. Bart Van LooIn Mijn Frankrijk. Over Alexander Dumas

verf ed: Contemporary interdisciplinair ArtTIST, nen tjolder, nen dommekloot
6 0

De mens gered door de natuur.

We zijn dieren die een raamwerk/huis gevonden hebben dat ons doet overleven. Dieren leven niet volgens het raamwerk. Gedomesticeerde dieren persen we in ons raamwerk. Ik denk dat we alle nog beschikbare wilde aarde moeten teruggeven aan de dieren.De mens zal zich moeten terugtrekken uit de natuur, totaal.. Wat vroeger in een zoo kon, gluren naar dieren, zal in de toekomst alleen mogelijk zijn via grote doorzichtige wanden, doorzichtige buizen. Zonder dat de natuur in contact komt met de mens. Het landschap verandert wereldwijd. Oude steden worden wooneilanden, evenals de torengebouwen, evenals een kleinere stad op een buiten de stad gesitueerd wooneiland. Ieder van die door mensen bewoonde wooneilanden is omringd door een muur die de natuur scheidt van de mens. Doorzichtige muren stellen de bewoners in staat de natuur te bezichtigen en er in vele gevallen mee samen te leven. Met dien verstande dat de mens niet uit zijn hok kan. De verbinding tussen de wooneilanden gebeurt door buizen die hoog boven de natuur de wooneilanden met elkaar verbinden. De voeding van de mens wordt niet meer uit de natuur gehaald. Alles wordt gekweekt. Zelden wordt uit de natuur, buiten, iets gehaald wat dan verder gekweekt wordt. Het meeste werk wordt verricht door bacteriën. Gekweekte voeding wordt in enorme opslagruimtes samengebracht met bacteriën. De voedingsstoffen zijn een bron voor de bacteriën die zich dan massaal vermenigvuldigen. Zoals in het verleden yogurt werd gemaakt. Doordat de bacteriën de voedingsstoffen reeds verteerd hebben is de voedingkwaliteit meerdere keren hoger dan de voedingsstoffen die verwerkt zijn. Snelgroeiende harde zwammen zorgen voor hardere materialen. Spinnen en termieten leren de mens bouwen met elastische lijm. Er is een volkomen evenwicht bereikt. Het was 5 voor 12 geweest. Wilde de mens de totale vernietiging van de dieren stoppen dan moest de mens zich afscheiden van de natuur. In steden leven en alles wat de mens produceert recycleren. Op vele plaatsen leeft de mens onder de grond, zo gebruik makend van de natuurlijke isolatie. Boven die huizen zorgen toestellen er voor dat de stralen van de zon zich in een punt concentreren. Die hitte wordt via uiterst doorzichtige geïsoleerde buizen de wooneilanden binnengeleid en staat ten dienste van de industrie en het individu. Bovengronds boven al die enorme steden zijn panelen geplaatst die zonlicht in energie omzetten. Ieder gebouw is niet alleen zelfvoorziend in hun energieverbruik. Alle gebouwen produceren ook stroom die ze dan verkopen. Op die reststroom draait de nog bestaande industrie. Reizen worden tot een minimum beperkt wanneer de 3D-capsulle een bijna lichamelijk contact mogelijk maakt met mensen op verre afstanden. Zeppelins zorgen voor verre reizen. Snel vervoer gebeurt via magneettreinen in doorschijnende tunnels in doorschijnende voertuigen. Een hele belevenis met een snelheid van 1000 km per uur. De meeste ouderen zitten thuis in hun kring op hun wooneiland. De jongeren die nooit de natuur gekend hebben buiten het zicht op die natuur. Die jongeren ontdekken een nieuwe wereld; ze reizen van de ene virtuele date naar de volgende. Tijdens de verplichte werkjaren waarbij hij zijn uiteindelijke opleiding krijgt moet hij stand-by zijn. De nieuwe mens, zich onderdompelend in de chaotische verscheidenheid van de mens. Biologen zorgen ervoor dat het dierenrijk in al zijn facetten bekend is aan de mens maar hij grijpt niet meer in. De natuur regelt zichzelf.Zo wordt onze planeet gered door de natuur!   Men heeft uitgerekend: moesten alle mensen op 1 plaats wonen, men kan iedereen onderbrengen op de plaatsen waar nu Frankrijk, Italië, Spanje ligt. DE VOLLEDIGE MENSHEID. Of in twee Amerikaanse steden. Wat rest is vrije natuur.

verf ed: Contemporary interdisciplinair ArtTIST, nen tjolder, nen dommekloot
10 0

De dialectiek van de vrijheid: COBRA en de strijd om waardevorming

Mijn liefde voor deze avant-gardistische stroming ligt in eerste instantie niet zozeer in de inhoud van de werken, al beantwoordt die in esthetisch opzicht uiteraard wél aan mijn fascinatie. Wat mij vooral aantrekt, is mijn blijvende voorliefde voor mensen die de moed hebben zich te verzetten tegen het heersende patroon van hun culturele context. De mens in opstand. In dit geval gaat het om een schilderkunst die gelaagd is en waarin, onder de paradigmatische golven, een strijd woedt om waardevorming, een strijd die, zoals in alle culturele lagen, anticipeert op de vraagstukken van het actuele maatschappelijke landschap. Historisch gezien ontstond deze naoorlogse schilderstroming kort na de Tweede Wereldoorlog. Binnen de kunstgeschiedenis speelde op dat moment De Stijl nog een prominente rol als internationaal invloedrijke beweging van geometrische abstractie. Het verzet tegen deze streng gestructureerde opvatting van vormvrijheid kreeg in de COBRA-beweging een tegenbeeld: de vrijheid van het onmiddellijke. De vrije, kinderlijke sfeer van COBRA weerspiegelde een verzet tegen de alledaagse bureaucratische gelijndheid. De beweging speelde met de intensiteit van kleuren, liet deze samenvloeien met emotionaliteit en werd zo een kunststroming in opstand, een rebellie tegen haar bredere artistieke geboortegrond, volwassen geworden door haar overwinning op wat eraan voorafging. Juist dit maakt de stroming bijzonder intellectueel. Het esthetische aspect wekt bij mij zeker verwondering, maar is eerder een bijsmaak dan de kern. De essentie schuilt in de waarden die zij uitdraagt: waarden die culturele gevoeligheid oproepen en ons laten nadenken over de structuur van ons huidige bestaan. Zo is er bijvoorbeeld de vrijheid om te benoemen wat kunst eigenlijk definieert. Daarnaast stelt de stroming ook de intellectuele vraag naar het verschil tussen hoe wij kunst waarnemen en hoe wij kunst interpreteren. Een essentiële nuance ligt in de vrijheid van het kunstwaarnemen. Deze vrijheid loopt niet parallel aan de onbevangenheid die kinderen ervaren bij het schilderen. De wetende mens is -onder meer door de rede- beperkter dan het kind in het volledig realiseren van deze vrijheid. Precies dat maakt het voor de mens wezenlijk moeilijk om die existentiële ruimte te bereiken. Deze laissez-faire in de kunst getuigt niet enkel van creatieve durf, maar ook van de hoogmoed van elke kunstenaar om zich te verzetten tegen de drogreden dat de mens kunst slechts bedrijft als regressie naar de eigen jeugd. Vergeten we ook de complexe eenvoud niet van deze stroming, de knipoog naar de meergelaagdheid die zij met zich meebrengt. Het gebaar van vorm dat zij zich eigen maakt door radicaal en tegenstrijdig te zijn tegenover de tijdsgeest, die onmiskenbaar drukt op de waardevorming. Het maakt het beoefenen van kunst tot een hogere les: je strijdt tegen je eigen culturele liefde, of toch tegen de herinnering aan de kunst an sich.

Niels Lievens
4 0