Zoeken

De omgeving

Het is wanneer je je in de stad begeeft dat je de droom niet doodt. We sparen elkaar tussen de grijze aanbekleding van iets als geschiedenis in tijden van een inwendig conflict dat je existentieel doet overblijven, niets meer en niets minder. Ik wilde wel. Maar het was toen ik me in stad begaf dat de heuvel te temmen viel, dat de reuzen vriendelijk werden en de plaaggeesten ook lotgenoten werden. Ik heb die plaaggeesten, die stokken in de deuropening, nooit gewild, maar we zijn altijd opgescheept met wat ons reflecteert; naar het inwendige toe doet leven; ons onze blik doet kruisen tot je blijft rusten in het licht van verleden tijd, dus ik heb ze altijd gerespecteerd. Gelukkig maar. De omgeving is naarstig op zoek naar een Dries die Dries is en blijft, een schrijver die gevat zichzelf te schrijven snelt, een geest die geen verleden oorlogen vertegenwoordigt maar geest vertegenwoordigt, een schaduw niet in het licht, maar van het licht. Dat wat ik had kunnen zijn, blijven zijn. Niets representeert de vermeden verleden tijd beter dan jijzelf, dus begin er maar aan, aan die toekomst. Liefst van al wil ik wat kwelt, stuk slaan op de aangezichten van de omstaanders, maar als je omarmt wat met je wil zijn op die eigenste moment, wil wat met je wil zijn, er ook gewoon zijn, onbevooroordeeld, met of zonder je  (en daarom altijd mét je). Ik maak de som: de omgeving is gunstig; de toestroom aan ervaringen zijn gunstig de uren zijn lang en spelen in het voordeel; de dagen creëren een spel van vreugde en beweging, een in één trek gemaakte geschiedenis, alleen voor mezelf; als al wat bleef nu eens ook echt zo blijft, was ik op een peuleschil verwijdert van al wat draaglijk was, van wat puur en authentiek en moeiteloos zich een weg baant, weet je wel, dat wat naarstig op zoek is naar een ander, evenwaardig leven dat collectief tot stand komt, gedeeld goed weet je wel, dan was iets als een ik schitterend waanzinnig en vooral voor altijd. Maar dat is niet wat je altijd krijgt. Daarom smijt ik mijzelf weer het leven in risico’s nemend, grenzen empathisch aftastend, dagen moedig trotserend, omdat zo leven moeite kost maar de moeite is, en tot dat de dag komt dat dat niet meer nodig is, is dit nodig, o wat is het nodig.

Dries Verhaegen
16 2

Mijn eerste lijk

'T was op den houtachterop de fietsik telde 4 of 5en van lijken kende ik nog niets ze zeiden het al jaren't is daar een gevaarlijke baangrootmoeder was verwoed aan 't trappenrichting rerum novarumlaan links zag ik het gebeurenmaar kijken mocht ik nieteen meisje en een autoplots had oma veel verdriet veilig thuis aangekomenin de keuken stonden wijwe wisten dat ze het niet gehaald hadmaar het is nu gelukkig voorbij.   Mijn tweede lijk was dichter bij huisik ben een jaar of 20mijn vriendaan een touwop de ganghet rijmen is me intussen vergaan ik kuste zijn koude en dichtgeplakte mondde koelingsmotor begon te brommen, ik schrok opeen trillende dode, terug tot leven gekomenwat een duistere grap ik heb de sleutel om je te bezoekenzolang je daar nog ligtvoor het eerst in je leven in kostuumoh wacht mensen schrijven hun naam in je kistik schrijf je naam op mijn lichaamje bleke wangen als leder opgespannen in een kuilvoor eeuwig door mijn blik gebrand aderen lopen doorheen krijtkleurige oogledenhet verschil tussen dag en nachtzonder een zielgeen electriciteitde stekker eruit een lijf wordt een lijkeen echtgenote wordt een weduweeen lief wordt niets.   Uit mijn derde lijk kwam ik voortmijn opa was mijn enige paje was mijn grootste vijand en beschermerzoals alle mannen in mijn leven dat zouden zijn jouw strijd duurde langmaar onze strijd duurt langerik neem je met me meeen vind het moeilijk om mijn liefde te vinden je bent hier nu niet meer om je te verdedigendus je vrouw mag het weer allemaal oplossenzoals toen je er nog wel waszoals toen jullie verhuisden, weet je nog maar je leerde me veeldat liefde uit plicht niet voldoende voeltdat je alles eerst moet opzoeken in een encylopediedat haar en nagels stinken als je ze bakt in de pandat melk en limonade niet samen smakendat ik geld win als ik raad dat er een stuk zeep in je borstzak zit dat ik niet om hulp mag roepenals er niet echt iets is dat ik mij moet schamen voor alles wat ik benomdat jij je schaamde voor alles wat je wasen niet mocht zijn ik leerde je dat ik van je hou, dat het mij intens verdiet doet te denken dat als ik ooit kinderen krijg ze jou of jullie nooit gekend zullen hebben ik zei dat je mag gaan, ik hou van je, ga maar zonder jouw bescherming ben ik ten prooi gevallenof was het net door wie je wel was, of niet waswie zal het zeggen(mijn psycholoog zal het zeggen) je leerde me dat 'het idee' en 'de idee' allebei correct zijnje leerde me dat ik niet alles weetik leerde dat je heel slim bent, maar ook niet alles weetik leerde dat kanker iemand minder kritisch kan makenik verloor langzaam mijn respect voor jouik ben bang dat dat je pijn heeft gedaan ik begrijp je wel, van waar je komt, wat je smart was, waar je voor vochtdat je van je land, van je volk bent. dat je ons wou beschermenik kan de folklore ervan wel appreciërenmaar het is een andere tijd nuje bent dood nuik hoop dat je ideeën ook langzaam mogen sterven.   Een tijdje lang verlangde ik vurigdat mijn vierde lijk mijn naam zou dragenmijn lichaam zou zijnmaar het gaat beter nu, ik voel me prima nu,ik ben weer tot het leven gekomen laat mijn vierde lijk nog maar even wachtenhet ligt daar goed, zo in de toekomst. Daar heb ik mijn lijken het liefste.

Azertyqwertykiki
6 0