Ego
Nooit voordien was ik zo ondermijnd. Nog nooit tevoren was mijn ego zo verkleind en mijn leefwereld zo miniscuul afgelijnd dat steeds dezelfde walgelijke routine zich ontpopte tot zwart gedachtegoed dat zijn voedingsbodem vond in een overmaat aan substantieafhankelijk bloed.
De schijn hooghouden wordt belachelijk gemakkelijk maar het geknaag aan mijn persoonlijkheid neemt zulke proporties aan, het wordt terminaal hachelijk.
Geraak ik hier nog heelhuids uit, kan ik de spreekwoordelijke sleutel nog bemachtigen die zich intern in mij bevindt,…naar verluid?!
De machteloosheid die ik momenteel ervaar muteert zich langzamerhand in een levensbedreigend gevaar.
Ze is bodemloos en jarenlang door zelf gecreëerde massaconsumptie gevoederd. Men vindt me betekenisloos, gestoord en verloederd. Terecht of onterecht maakt niet uit, het wordt toch door je eigen toedoen beslecht. Het is juist deze gedachte die je kraakt of maakt en juist daarom dat ik eraan verzaak.
Sociale contacten worden herleid tot digitale gespreken uitbulkend van zinloosheid, onpersoonlijkheid en liefst met een minimum aan tijd.
Al wat ik hierbij voel is een opslorpende zee van spijt. De kracht ontbreekt me om te openbaren, telkens ik er aan denk verdwijn ik in een momentopname van klankloos staren.
“Een schim is wat nog rest van wie ik vroeger was. De schim is wat nog leeft achter mijn grimas. Zelf mijn schaduw zie ik langzaam maar zeker wegebben want waarom zou een zielloos individu het nodig hebben?”
Vannacht waande ik me op een onherbergzaam eiland met niks dan onguur gezelschap bemand.
Een veelheid aan weggekwijnde menselijke onwaardigheid staat te popelen om mij de genadeslag toe te dienen louter om te ervaren hoe het voelt om averechts te moorden met als motief spijt en als alibi doelgerichte bewuste krankzinnigheid.
Niet te vatten ‘Razernij’ opende de jacht op mijn miserabele en wankelende persoonlijkheid en was puur uit op het verminken en uiteindelijk scalperen van mijn eigenheid.
Diezelfde nacht ontmoette ik een nerveus mannelijk gestalte. Hij deed me denken aan wielrenner op rust met een continue aanhoudend hoog epo gehalte. Daar stond hij dan aanstalten te maken om te praten met stotteren en beven over de zin – zin - zinvolheid of –loosheid, kweet het niet meer, van het werk en het leven.
Ergens wist ik wel wat hij bedoelde maar ineens nam een dreiging alsof die zomaar kwam aanwaaien mij volledig in en overspoelde me met nooit voorheen ervaren afwisselende psychosegevoelens van euforie en doodsangst.
Het was alsof ik achterna gezeten werd door iemand die ik door en door kende?!
Ik dacht bij mezelf wat een nonsens, tot ik een stekende pijn voelde in mijn ruggewelf.
Ik bemerkte bloed op de grond, zakte door mijn knieën, keek in het rond EN DAAR STOND HIJ, DE MAN, DE INNERLIJKE STEM, DIEGENE DIE GELUID PRODUCEERT VIA MIJN MOND.
Als een bruusk natuurmachtig geraas voelde ik de doch enigszins aangename ademlucht van het einde in mijn nek maar ik vertik het los te laten, het laatste bewijs van leven, mijn finale zucht.
Heb geen gevoel meer in mijn nek, word ik nu ingenomen door een nieuwe lichting, misschien word ik wel gek…
Implosie in mijn rijk gevulde fantasie archief.
Explosie van mijn onaangepast gedachtegerief, uitend in een scherp kritisch, deels onsamenhangend, satirisch en absurd stellingbetoog.
Alle emoties onderdrukt, bang voor de gevolgen, zie dat het mislukt…
Rode striemen kleuren mijn hersenpan, de druk wordt ondraagbaar, ik voel me stilaan gedwongen meegetrokken worden in een achterban zonder waarden, visie en nog erger
toekomstplan.
Alles waar ik dacht voor te staan lijkt voorgoed gedaan…
De remedie is alom aanwezig en duidelijk zichtbaar maar ligt niet zomaar als vaste materie voor het grijpen.
Het is als ontwaken midden in een droom, in het begin tastbaar als druppels regen en razendsnel weer stoom.
Oog in oog met jezelf staan, zien wat andere mensen werkelijk zien als ze voor jou staan. Aanvoelen wat ze denken, hun hypocriete manier van leven gebaseerd op sociaal materialisme en geestelijke bekrompenheid ondergaan omwille van status en willekeur duwt mij eerder in een levensvisie van waanzin dan voorgekauwde realiteitszin.
Zijn dit mijn persoonlijke, eigenhandige, onbeïnvloede uitspraken of heb ik zojuist enkel de definitie van paranoia en waanzin een bredere dimensie gegeven?
Wat maakt het ook uit, ik heb mijn doel verwezenlijkt en duidelijk gemaakt dat ik verzot ben op onsamenhangendheid en al zijn negatieve connotaties…
“De rit vol contradicties en waargeachte ficties bereikt zijn eindstation en laat me achter als een pion in schaakmat, ontdaan van alles, wachtend op de doodsteek die telkens opnieuw wordt aangewakkerd door de geur van angstzweet en het geluid van een wanhoopskreet als een machete die al wat nog rest als de pest het onbezoedelde vlees wegvreet en mijn zelf
vertrouwen in één kapbeweging wegsneed.”