Zoeken

De opeenvolging van de woorden

Weet je nog wat de opeenvolging van de woorden van jou als lezer verwacht?De harde realiteit onder ogen willen zien.Het doet vermoeden dat er iets wezenlijks verteld zal kunnen worden zonder dat er daarbij ingeboet wordt aan oprechtheid, en dat is niet altijd even vanzelfsprekend.Soms wil de tekst nu eenmaal dat de schrijver eraan ten onder gaat,maar tussen willen en zullen vind men kunnen.Ik zou eens kunnen sterven.Een schrijver is per definitie altijd naakt.Een goede lezer weet dit.Het lusteloze gevoel ergens je plaats in te vinden, heeft niets te maken met jouw smaak.Ik draag deze betekenis over van drager naar drager, want dat is verwarrend,en komt mijn tekst ten goede.Een tekst die een tekst wil blijven, schrijft moeilijk.Als ik me voel leeglopen, houdt het ook op voor de lezer.Mee-sterven met de tekst.Ik verlang naar begrip - samen iets doorzien is verantwoorder.Als een verstilling wil ik beantwoord worden.Tot dusver heb ik me traagjes binnengewerkt in de tekst.Waar oefen ik druk op uit: jou of mezelf?Niemand begint zomaar poëtische trekjes te vertonen!Wat voor doelstellingen zijn realistischer?Bloggen is tijdloos en ultra realistisch.Het kost je moeite om het overzicht te behouden.Onder de tekst voel je weerstand.De woorden liggen nogal dik op mijn naakte lichaam.Jullie maken me beter, lezers.Het blijft het doel om jullie stelselmatig, telkens weer een stap voor te zijn,om hier dan tijdig mee op te houden, tot we samen de eindmeet bereiken.

Dries Verhaegen
13 0

Ontslag

Mijn crisis suddert voort, het zet van alles in beweging, het moet zo. Het is zo. Ik ga mezelf niet verdoven. Ik leef en zwem met de bandjes mij meegegeven. Ik zit in de storm en spartel. Maar het mag. Ik beleef de emoties en de valkuilen zoals ze zijn. Ik heb geen angst meer. Ik spring en val.  Ik heb mijn ontslag als regionaal verantwoordelijke gegeven. Ik zoek nu verder, naar werk en leven in balans en laat mijn tijd niet meer bepalen door anderen. Het is niet omdat je voor een ander werkt dat je maar moet doen wat die ander van je verlangt, net zoals in een relatie. Jij bent jij en niet wat die ander wil of verwacht. Je doet je best omdat je in iets gelooft of iemand graag ziet. Tegelijkertijd ben je wie jij bent met heel je bagage waaruit je af en toe iets gooit en soms tegen wil en dank er iets uit op-popt dat je niet had verwacht. Maar goed, dat mag. Leven leert. Dat is je belangrijkste scholing als individu. Ik heb me nu voor een week afgezonderd in Nederland. Om alles op een rijtje te zetten en rust te vinden in dat overactieve brein van me en in die mallemolen van emoties. Schrijfsels vloeien uit mijn hand als nooit tevoren en dat doet pijnlijk goed.  Er is vooruitgang, zoals Gorki zong. Want alles beweegt en God wat hou ik van beweging.  Ik neem afscheid. Van mensen, van het verleden en van stukjes van mezelf die niet echt waren. So long.  Ik ga verder. Ik doe wat ik graag wil doen en zoek daarin een evenwicht. Elke god-niet-te-vergeten-dag opnieuw.    

Bart Vermeer
40 0

Ochtendmens

Ik ben geen langslaper, dat niet, het is niet dat ik tot eind van de ochtend in bed kan blijven. Maar soms is het toch wel lekker om nog even te blijven liggen. In het weekend, als er geen vroege dingen op het programma staan, nog even een half uurtje soezen. Soms zet ik de televisie even aan om naar een of ander suf ochtendprogramma te kijken. Of ik pak er mijn boek bij. Geen haast, alles op het gemak. Helaas heeft mijn trouwe viervoeter daar geen boodschap aan. Op een gegeven moment begint hij zich uitgebreid uit te rekken en worden de voeten gepoetst. Hij schuift daarbij steeds meer op in mijn richting. ’s Nachts slaapt hij keurig op zijn eigen plek maar als we allebei wakker zijn, vindt hij het belangrijk om wat meer ruimte in te nemen. Het liefst komt hij ook eens kijken of ik niet al van plan ben om op te staan. Want tja, het is al weer een hele tijd geleden dat hij heeft gegeten. En wat verse brokjes gaan er altijd wel in. Natuurlijk probeer ik het zo lang mogelijk te rekken. Eerst door hem te negeren, geconcentreerd in mijn boek te kijken of het televisieprogramma te volgen. Daarna, als Stef grover geschut in zet en probeert in mijn gezicht te likken, duw ik hem weg. “Ga weg joh, het is nog geen tijd.” Maar ja, het is een ongelijke strijd. Want Stef vindt het prachtig als ik hem opzij zet. Dat is voor hem een spelletje, hij gaat er nog net niet zijn bal voor halen. Hij springt en stoeit en staat met zijn staartje te zwiepen dat het een lust is.  En dus geef ik hem zijn zin. Niet dat ik dat erg vind, maar een beetje quasi mopperen mag dan wel. Kleren aan, slippers aan en naar beneden. Eerst de koffiemachine aan maar dan natuurlijk brokken en bonen. Stef heeft honger. De bak die ik voor zijn neus zet, is binnen een mum van tijd leeg. En dan gebeurt iedere keer weer hetzelfde. Ik zit beneden, wakker en aan de koffie. En Stef kijkt me trouwhartig aan. Ik weet gewoon wat hij denkt terwijl hij naar de bank loopt en zichzelf in elkaar krult; “ik weet niet wat jij gaat doen, maar ik ga lekker nog even tukken.” Tsssssss.      

Machteld
0 0

Wist zij veel

‘Vanwege uw rustige uitstraling ... Ach, eerlijk? Ik liet me leiden door uw fluorescerend roze T-shirtje. Ik had zoiets van: laat ik maar aan die vriendelijke homo vragen of ik erbij mag. Sorry, hoor. Jonge kerels zijn zo opdringerig en vervelend tegenwoordig. U bent al wat ouder. Zo tegen de vijftig aan, gok ik?’ Eerlijk en recht voor de raap, zo heb ik ze het liefst. Wist zij veel dat ik enkele uren eerder voor de zoveelste keer een roze kledingstuk als verjaardagscadeau had gekregen van mijn moeder, die al heel haar leven wild is van roze. Ik niet. Wild wel. Soms, maar niet nu. Mijn vijftigste, ja, daar had dit mokkel het bij het rechte eind. Verder ben ik zo hetero als een huppelend haantje en bovendien uitermate gevoelig voor vrouwelijk schoon. Zeker als het schaars gekleed is, ben ik de geknipte persoon om benen, rondingen en kippenbilletjes te bezichtigen. Niet nu. Dat dacht ik. Niet nu het allemaal even te veel voor me werd. Ik kon haar niks verwijten en al zeker niks weigeren. Alle terrastafels waren bezet en ik was een van de weinige ‘eenzitters’. Ze was zo mooi dat ik er in normale omstandigheden ongemakkelijk van zou worden. Geen wonder dat ze de mannen van zich moest afslaan als waren het vliegen rond een pot perenstroop. Al was ik zelf een pot volgens haar en misschien wel een toffe peer of toch minstens een ongevaarlijke. Wat maakt het uit. Ik vond het veel vervelender dat ze zo vaak ‘u’ zei. Respect voor ouderen is prima, maar niet als ik zelf de ouderling belichaam. In mijn hoofd ben ik een snotneus. Een snotneus die haar daarnet op de vrouw af gevraagd had waarom ze nu net bij mij wilde komen zitten.  ‘Hoe dan ook, ik woon in een appartement zonder tuin en ik had zin in een terrasje om het begin van mijn vakantie te vieren. Ik ben springjuf. Vlinder, als je wilt. Ik ga van klas tot klas. Dikwijls begeleid ik kinderen die het emotioneel wat moeilijker hebben op school, kinderen die behoefte hebben aan een rustig plekje om te ontsnappen aan de drukte van een lesdag ...’  Wist zij veel dat ze daarna nog minutenlang lang bleef doorratelen zonder dat ik iets opnam. Wist zij veel hoe groot dit toeval was. Dat ik zelf een uit de kluiten gewassen kind ben dat af en toe behoefte heeft aan afzondering in een menigte, een relatieve mensenmassa. De ideale plek om je anoniem en eenzaam te voelen. Wist zij veel dat ik me net inbeeldde dat ik een vlinder was, fladderend van bloem tot bloem, van tafeltje tot tafeltje. Ongrijpbaar en frivool. Buiten bereik van iedereen. Wist zij veel dat dit mijn manier van verwerken is, nadat ik weer iets heb bijgeleerd. Want leven is leren, elke dag opnieuw, terwijl je je hoofd soms even de tijd moet gunnen om ruimte te creëren om te kunnen verwerken. Wist zij veel dat ik me op die manier stilletjes klaarmaak voor nieuwe momentjes van geluk, als een vlinder zo vrij.  

Danny Vandenberk
13 1

Over meditatie en constipatie

"Meditatie duwt je met de neus in de stront. Als het dat niet doet, dan is het louter zelfhypnose." Meditatie beloofde een kosmisch bewustzijn, maar leerde me slechts dat ik een rioolstelsel op pootjes ben. Toen ik twee jaar geleden een meditatie-app downloadde verwachtte ik nochtans dat mijn hoofd altijd zou uitdeinen. Die belofte werd immers geëvoceerd door de naam van de app – Headspace – en door de kalme stem van Andy Puddicombe – meditatiecoach, public speaker, voormalige Boeddhistische monnik en gewiekst zakenman. Voor Andy – zoals ik hem iets te vriendschappelijk noem – is meditatie een kwestie van wolken en blauwe lucht. De wolken zijn de gedachten, gevoelens en gewaarwordingen die opduiken in de geest. Ze zijn talrijk of schaars, vormen dikke stapels of uitgerekte slierten, ze zijn zwanger van regen of licht als linnen – maar ze zijn allemaal vergankelijk. Wat daarentegen blijft is de blauwe lucht, het hier en nu: onveranderlijk, onmetelijk en leeg.  Meditatie is concentratie, observatie, bewustwording en vrijheid – in die volgorde. De logica is volstrekt eenvoudig: Concentreer je op je ervaringen, zie hoe vergankelijk ze zijn en ze wegen vanzelf minder door. Meditatie toont de wolken in hun ware gedaante: vluchtige constellaties met een beperkte houdbaarheid.  "Het hier en nu waar Andy Puddicombe over doorboomt is geen blauwe hemel, maar een verstopte rioolpijp."  Vrijheid komt echter met een prijs: Hoe blauwer de hemel, hoe scherper de details van het ondermaanse. Dat merkte ik tijdens een zogeheten body scan, een techniek waarbij je in één vloeiende beweging van kop tot teen de gewaarwordingen in jouw lichaam observeert.  Op de avond van een zomerdag, waarop ik meer ijsjes had gegeten dan goed is voor mijn buik, had ik mezelf teruggetrokken voor mijn eerste meditatie, zogezegd om mijn geest te ruimen. De body scan passeerde vlot mijn hoofd, hals, schouders en borstkas, maar net ten zuiden van mijn middenrif werd mijn scanapparatuur gestokt door een obstructie in mijn darmen. Het hier en nu waar Andy over doorboomde bleek geen blauwe hemel te zijn, maar een verstopte rioolpijp.  "Is de Schepper van mijn disfunctionele darmstelsel geen kosmische Panamarenko - die even geniaal als verward is?"  Wat me benauwde was niet de gewaarwording van flatulentie, constipatie en darmkrampen. Daar had ik tenslotte al jaren last van. Wat echt pijn deed was het bewustzijn, en dus onvermijdelijk het bedrog. Headspace beloofde een venster dat uitkijkt op de kosmos, maar toonde slechts dat ik een complex leidingstelsel ben, een assemblage die is opgetrokken uit vlees, vet, huid, slijm en botten, en die dagelijks liters stront en urine produceert.  Mindfulness ‘fokte’ met mijn mind én met mijn God. Is de Schepper van dit disfunctionele darmstelsel immers geen kosmische Panamarankeo - die even geniaal als verward is? Mijn lichaam is zijn artistiek experiment, een installatie die zo inefficiënt functioneert, dat hij eerder gefabriceerd lijkt ter vermaak van de kunstenaar en zijn schare hoogopgeleide bewonderaars, dan als een gave Gods.  Geloof dus niet de goeroe die zegt dat meditatie je naar een hoger zielsniveau brengt of jouw kosmisch bewustzijn cultiveert. Meditatie duwt je met de neus in je eigen stront, en als het dat niet doet dan is het geen meditatie, maar zelfhypnose.  Juist daarom blijf ik mediteren. Meditatie verdrijft de wolken niet uit mijn leven, maar zorgt er voor dat ze niet langer mijn dag vergallen. De voorwaarde daartoe is het bewustzijn – tot in het meest banale lichaamsproces – dat alles vervloeit.1 In die zin schept Headspace wel degelijk ruimte in mijn hoofd. Voor ruimte in mijn darmen daarentegen blijf ik aangewezen op lactulose.  Pieter Van der Schoot  [1] Pun intended. Afbeelding: Jan Toorop, Public domain, via Wikimedia Commons  

Pieter Van der Schoot
19 0

Geheugensteuntje

Als het al geen kunst is, dan toch minstens een buitengewone vaardigheid: nietsdoen. Even tijd nemen voor manuele inactiviteit. Verwar het niet met luieren, rondhangen, chillen of niksen. Nietsdoen is een noodzaak voor mannen, zeker voor onhandige exemplaren, omdat multitasken niet aan ons besteed is. Je handen stilhouden om je hersenen de kans te geven om te werken, daar komt het op neer. En neer lig ik, om twee uur in de namiddag, in mijn ligstoel. Het is zo simpel als wat, een voorwerp gebruiken waarvoor het bedoeld is, tenzij het van een doe-het-zelfwinkel komt of een handleiding behoeft. In mijn eigen behoeftes neemt mijn hand noodgedwongen ook wel eens de leiding, zij het ondersteund en bijgestaan in de bovenkamer door mijn fantasie. Misschien valt het met mijn onvermogen tot multitasken nog wel mee als het mij goed uitkomt. Er hangt iets in de lucht. Ik voel het. En ik zie het. Wolken. Wat hou ik van hun veelzijdigheid en hun verrassende vormen. Uren kan ik in de wolken zijn. Grote watjes zijn het. Een beetje zoals ik, maar dan enkele kilometers hoger. Als ze te snel overdrijven (en ik overdrijf niet), verdampen en vervagen ze, tot er niets meer van overblijft. Wolken moeten dus noodzakelijkerwijs vertragen als ze lang willen leven. Even blijven stilstaan. Bij voorkeur daar waar het mooi is. Wat wonderlijk en gek dat ze momenteel mijn tuin kiezen, waar zowel het gras als mijn hoofd een maaibeurt verdienen. Een naaibeurt nog veel meer, en niet alleen mijn hoofd, oppert mijn verstand. Ja, beste lezer, ik heb een opperhoofd, al ben ik geen indiaan, noch heb ik nood aan een leidersfiguur. Volgzaam ben ik lang niet altijd. Effenaf rebels soms, of toch minstens eigenzinnig. Volgen doe ik meestal alleen in de betekenis van observeren. Liefst doe ik mijn eigen zin, zoals de meeste wolken. Op mijn tempo. Er zijn er nochtans die voorbijracen, heftig wenen en daarna vervagen en voorgoed verdwijnen. Een beetje zoals mensen die zichzelf voorbijlopen en vroeg of laat instorten of opbranden. Ik sta liever even stil, zoals nu. Even zonder mensen, even zonder alles. De tijd nemen. Berekend. Traag tot zes tellen om even later in de zevende hemel te zijn, zoiets. Lang en langzaam leven. Doof voor wat hoort en wat niet hoort. Ik hoef niet zo nodig bakken geld te verdienen om alles te kunnen kopen of mijn tijd efficiënt te managen om te gaan bakken in de zon. Snelheidsduivels horen in de hel. Of in de bak. Omdat ze zo snel boos worden als wij, trage mensen, hen in de weg staan. De allerergsten hebben zelfs een turbo boost en een hoge bandenspanning, waardoor ze weinig grip hebben op hun baan en hun leven. Razendsnel en snel razend. Kwaadaardig en aardig kwaad. Ach, laten passeren en laten verdampen. Des te sneller kleurt de lucht hemelsblauw. Past bij mijn gemoed. Ik lig languit, terwijl mijn hoofd werkt. Niemand weet hoe mijn hoofd werkt. Hoe ik naar vermogen leef, niet altijd die indruk geef, maar altijd naar perfectie streef. In denken en straks misschien ook weer in doen. Mijn eigen perfectie. In mijn hoofd, waar alles rijmt en ook weer niet, waar alles zijn eigen plekje heeft en ook weer niet. Gevangen als een vogel zo vrij. Het leven is hemels, zo voelt het althans voor mij. Ik fluit een deuntje. Hou dit gevoel vast, Danny, je geheugen steunt je.

Danny Vandenberk
17 2

Handigheid

Als je zelf tegen de praktische zaken in huis aan loopt, wordt het toch wel duidelijk hoe handig je bent in dat soort dingen. Of, zoals in mijn geval, hoe onhandig. Laatst zat ik even lekker buiten. Alles klussen voor die dag gedaan, gegeten, Stef zijn brokjes op, glaasje wijn ingeschonken. Even rust. Het was ook niet meer zo warm dus Stef kwam zijn bal brengen om te gooien. Na twee keer goed mikken ging het natuurlijk de derde keer mis. Ik gooide tegen de stoel tegenover me en de bal stuiterde terug, recht tegen mijn glas waardoor de inhoud van (het natuurlijk volle) glas, zo in mijn schoot gekieperd werd. Echt, ik was drijfnat. En ik kon natuurlijk onder de douche en schone kleren aan. Want je gaat echt ranzig ruiken, van zo’n vol glas witte wijn. Ik kan er echt soms zo over foeteren, tegen mezelf. Dan sta ik weer te klunzen en ik zie het mezelf gewoon doen. Drie dingen vasthouden, wat niet lukt, en dan het verkeerde laten vallen. Het zijn nooit mijn sleutels die op de grond kletteren maar altijd iets dat kan beschadigen. Of in gruzels vallen, in het ergste geval. Of denken, ach, dat kan ik zelf wel even naar beneden brengen. En dan shocking klem zitten tussen de trapleuning en dat ding dat toch eigenlijk veel te zwaar bleek te zijn. Ik heb een week met twee enorme blauwe plekken op mijn knieën gelopen. En het is niet dat ik geen hulp heb hoor. Welnee, hulp genoeg, echt waar. Maar ik denk er niet altijd bij na, ik denk soms, ach, dat gaat best, dat kan ik makkelijk zelf. Pffff. Hetzelfde geldt voor twee dingen tegelijk doen. Naar boven lopen om iets te halen en dan denken, ach, laat ik dit maar even eerst doen. Om vervolgens beneden te staan zonder hetgeen ik boven wilde gaan halen. Mijn maatje zou er hoofdschuddend om moeten lachen. Hij was in die dingen een stuk praktischer en gestructureerder dan ik. Maar goed, zoals de vader van een goede vriend altijd zei, “wie zijn hoofd niet gebruikt, moet zijn benen gebruiken.” En ik heb andere kwaliteiten, denk ik.    

Machteld
4 0

Straatmuzikant

Heerlijk, in de vakantie door een klein stadje lopen dat je niet kent. Vooral in het buitenland, winkeltjes die je in Nederland niet ziet, leuke terrasjes, smalle straatjes. Vooral boekwinkeltjes kunnen altijd op mijn interesse rekenen. Tijdens de vakantie in Engeland ook, heerlijk. In de geboorteplaats van Shakespeare konden we natuurlijk niet om de boekwinkels heen. Niet dat het werk van Shakespeare voor mij te ontcijferen is, maar het is gewoon leuk om alles te bekijken en de sfeer te proeven. Gelukkig gaf de dame achter de kassa aan dat ook zij het oud-Engels van Shakespeare niet beheerst. Maar het boek met Insults en One-liners laat zich prima lezen. Beledigingen zijn immers simpel te begrijpen. Wat me wel opviel, was dat ook in Engeland verschillende mensen proberen hun geld te verdienen als straatmuzikant. Met wisselend succes, moet ik zeggen. Het meisje dat enthousiast gitaar speelde en uit volle borst stond te zingen, sloeg de plank redelijk mis. Ach, het arme kind, er werd ook niet heel veel geld in haar gitaarkist gegooid. Op zich wel te begrijpen, de kat die ze stond te villen maakte erg veel lawaai. Een eindje verderop stond een heus bandje. Muzikanten en een zangeres. Het nummer dat ze zong, raakte me. Dat doet muziek. Ze zong ook helder, dat was natuurlijk ook wel een voorwaarde. Een zingende kraai doet je naar je oren grijpen of brengt een vrolijke grijns op je gezicht. Een heldere stem kan een bepaalde snaar raken. Ach, ook dat hoorde er deze vakantie bij. Ik vraag me dan toch altijd af of een middagje zingen financieel nog wat zoden aan de dijk zet. Natuurlijk maakten we de, foute, grap dat zo’n straatmuzikant dan aan het einde van de dag in zijn Mercedes stapt en naar zijn penthouse vertrekt. Maar ik kan met toch niet voorstellen dat je er rijk van wordt. Dus dan moet je het wel erg graag doen, want sommige winkeliers zijn helemaal niet gediend van zo’n concert voor hun deur. Het is genieten, zo’n middag. Mensen kijken, rondslenteren en dan op een terras neerstrijken met, dit geval, thee en scones. Ik kan daar best aan wennen.    

Machteld
8 0

Mijn huis is een venster

Het is moeilijk om te zeggen wat ik bij mijn venster zie. Mijn huis is een venster. De gehele straatkant van mijn appartement is ingenomen door glaspartijen die uitkijken op een grijze zijstraat van Antwerpens grootste winkelas. Als ik mijn hoofd uit een van de ramen hang en naar links kijk, zie ik nog de neobarokke hoekpanden van de Leysstraat – de toegangspoort naar de Meir. Mijn huis is een constante livestream van de hartslag van de wereld. Maar wat ik zie is niet half zo interessant als wat ik hoor. De symfonie is altijd eender. Het begint daverend, drummend – met drilboren en hamers van naburige werven en vrachtwagens die af en aan rijden. Kantoor- en winkelbedienden fietsen, steppen en snelwandelen langs filerijdende auto’s – al roepend, al rinkelend, al snotterend en jammerend.            Na de ochtendfile volgt een korte pauze, waarna winkelmanagers de luiken van hun vitrines optrekken en de volgende akte aankondigen. De loonslaaf verlaat de bühne en ruimt baan voor een bont allegaartje van flaneurs, slenteraars en shopaholics. Ze treden zacht ritselend aan. Ze zijn met tien, met twintig, vijftig. In de namiddag stromen ze samen in een veelstemmige, duizendkoppige massa. Ze zwellen aan tot een gonzend koor dat de hele dag aanhoudt.            In de namiddag krijgen ze het gezelschap van een eenzame accordeonist. Die man kent slechts twee liedjes. Hij speelt ze in een schier eindeloze loop die doordraait tot ver in de avond.             Zo speelt de wereld de hele dag door.            En zo valt ze stil.            Eerst sluiten de bouwwerven. Dan komen de auto’s. In omgekeerde richting verlaten ze de stad – net als de shoppers en de slenteraars die met volle magen, volle zakken en lege portefeuilles de trein huiswaarts nemen.            De wereld gaat slapen, maar galmt de ganse nacht na. Ze waggelt door de straten als een dronkaard, klieft door de nacht als een Airbus of een Boeiing, en echoot in sirenes van combi’s en ambulances. Mijn woning is een verlengstuk van die wereld. Langs alle poriën stroomt ze binnen. Ze ruikt naar frietvet, naar wafels, en open riolen. Haar kleuren, klanken en geuren zijn een deel van mijn woonkamer. Ze hoort bij mijn huishouden zoals de boekenkast of de TV. Ze is wild, kleurrijk, wanstaltig, en bovenal luidruchtig. De wereld slaapt niet – en ik evenmin.            Ik was dan ook niet rouwig toen ze half maart 2020 ophield met zingen. De bouwwerven zwegen, de autowegen zwegen, de Meir was een podium zonder spelers.            Ik keek uit naar de herwonnen leegte. Ik spitste mijn oren voor andere klanken, die doorgaans te subtiel zijn om de fanfare van alledag te overstemmen. Wie weet kon ik zelfs mezelf horen denken.            Ik hing mijn hoofd door het venster, en voor de eerste maal werd ik niet verpletterd door wat ik hoorde, maar door wat ik zag: loshangende stoeptegels, vuilzakken, opgespatte modder, lege bierblikken, de afgebladderde muren van de jongensschool aan de overkant, en de gloednieuwe graffiti op de rolpoort van een leegstaand gebouw: #COVID19. De wereld was niet weg. Ik zag haar sporen in de smerige resten van het oude normaal. Ik sloot de gordijnen, stak een kaars aan en ging in de zetel liggen. Misschien zou ik eindelijk rust vinden in mijn eigen huis. Misschien zou ik voor één keer tenminste hier aan de wereld ontsnappen. Maar toch drong ze binnen – die oude, luidruchtige teef. Via smartphones en TV-schermen schreeuwde ze haar boodschappen van doom and gloom.            Ik bande het internet, de TV, de smartphone. Ik kwam slechts buiten om haastig mijn boodschappen bijeen te scharrelen. Ik trachtte aan mezelf te ontspannen in een warm bad, maar zelfs daar drong de wereld binnen. Ze bonsde als een losgeslagen echo in mijn borstkas.            Hartkloppingen. Daar kan geen mindfulness tegen op.            En dus contacteerde ik de dokter, die warme zachte vrouwenstem aan de andere kant van de lijn. Ze schreef me angstremmers voor. Die pilletjes wiegden me in een soort uitgestelde winterslaap. Op hun vleugels zweefde ik het voorjaar door. Pas in mei vond ik de moed om opnieuw bij mijn venster te zitten. Had ik mijn angsten overwonnen of waren ze simpelweg versleten? De waarheid is dat ik me verveelde – net als 11 miljoen landgenoten.            De wereld kroop langzaam het podium op. Ze was nog bedeesd. Acht weken huisarrest hadden haar mensenschuw gemaakt. Maar nu heeft ze haar plankenkoorts overwonnen. Ze speelt een nieuwe symfonie, net zo luidruchtig als de oude. De auto’s toeteren als voorheen, de loonslaven rennen alsof hun leven ervan afhangt. Enkel de accordeonspeler is verdwenen. Een man met een synthesizer heeft zijn plaats ingenomen. Net als zijn voorganger kent hij slechts twee liedjes, die de dag lang draaien – en sterven in de nacht. Pieter Van der Schoot De bovenstaande tekst schreef ik voor het initiatief Bij mijn venster. Met deze oproep daagde het ‘Huis van Herman Teirlinck’ in volle coranacrisis mensen uit om bij hun raam te zitten en neer te schrijven wat ze zien in deze onwezenlijke wereld. Ik greep de uitdaging aan om te spreken over mijn angsten. De originele versie kan je hier lezen.

Pieter Van der Schoot
23 0

Ik kom er nog goed vanaf

Ik omhels mezelf steeds vaker. In mijn eigen armen, stevig gekruist rond mijn middel, vind ik troost en warmte. Het is niet zo dat ik de aanraking van iemand anders mis en dat op deze manier tracht te compenseren. Ik schuw fysiek contact niet en heb het geluk omringd te zijn met mensen die daar hetzelfde over denken. Dat is ooit anders geweest, vroeger voelde ik me ongemakkelijk als mensen, zelfs vrienden, mij aanraakten. Alleen van mijn partner kon ik dat hebben. De laatste jaren is dat veranderd en gebeurt het knuffelen spontaan. Soms zelfs met wildvreemden, als het op dat moment juist voelt. Simultaan is het knuffelen met mezelf in mijn bewustzijn gegroeid. Ik ben het beginnen doen nadat ik me diepgaand realiseerde dat niemand zo goed voor mij kan zorgen als ikzelf. Niemand anders dan ikzelf kan haarfijn voelen wat ik nodig heb. Ik weet als geen ander wat ik wil en hoe mijn lichaam werkt. Tergende pijnen, wanhoop en andere eindeloos lijkende beperkingen heb ik doorstaan om er uiteindelijk achter te komen wie ik ben en waar mijn grenzen en sterktes liggen. Ik heb voor mezelf een leven gecreëerd waarin levensvreugde en dankbaarheid het leed overstijgen. Bevrijd van mijn zwaarste struikelblokken kan ik nu dansen, terwijl ik voorheen enkel kon kruipen. De ontdekkingstocht naar mezelf is nog steeds gaande en zal hoogstwaarschijnlijk blijven uitdeinen. Maar nu ben ik op het punt gekomen waar ik mezelf oprecht kan omhelzen en prijzen om de weg die ik heb afgelegd. En om de persoon die ik daardoor geworden ben. Mijn lichaam, dat altijd trouw tot mijn dienst staat, ook al heb ik dat soms geheel anders geïnterpreteerd, heeft veel te verduren gekregen. Zowel extern als intern werd het systematisch belaagd met toxiciteit van diverse aard. Het lijkt quasi onmogelijk om door het leven te gaan zonder daarmee in contact te komen. Het zit in onze voeding, lucht, aarde, water, medicijnen, technologie, kleding, relaties en gedachten. Tal van verdoken zelfdestructieve gewoontes worden al vanaf de kindertijd ingeprent en vaak ook doorgegeven van generatie op generatie. Zo denk ik bijvoorbeeld aan de gewoonte om de eigen gevoelens te onderdrukken en te handelen naar verwachtingen van anderen. Of de gewoonte om hard en veel te werken en de eigenwaarde zo rechtstreeks te koppelen aan prestaties. Of het dagelijks eten van gesuikerde zuivelproducten en het poetsen van de tanden met fluoride tandpasta. Dit zijn slechts 4 luttele voorbeelden in een massa aan manieren waarop we onszelf tekort kunnen doen in deze complexe wereld. Het maakt het leven zwaarder en verwijdert ons steeds verder van onze essentie. Klaarder dan ooit zie ik nu hoeveel destructie mijn lichaam heeft moeten verwerken. Het meest van de tijd was ik er niet bewust van. Wegens een gebrek aan zelfvertrouwen en een handleiding voor het leven, eigende ik mezelf allerlei handelingen en behandelingen toe die eigenlijk niet pasten bij mijn authentieke energie. Natuurlijk voelde ik wel dat er iets schortte, maar ik was het gewoon om mijn gevoelens te overstelpen met een kluwen aan gedachten, zoals zoveel mensen doen. Mijn lichaam liet steeds duidelijker blijken dat ik van mijn pad was afgedwaald, maar op doktersadvies werden deze signalen gesmoord en gelabeld als een ‘ongeneeslijke aandoening’. Het blindelings volgen van zogenaamde ‘geneesheren’ terwijl de eigen innerlijke bron aan kennis gewantrouwd of zelfs niet erkend wordt, is trouwens nog zo’n hardnekkige destructieve gewoonte die collectief als vanzelfsprekend wordt beschouwd. Al bij al, ondanks alle beproevingen die mij werden aangedaan en die ik mezelf heb aangedaan, kom ik er nog goed vanaf. Meer dan goed zelfs. Ik ben hier en daar wat onderdelen kwijt en ook vandaag moet het nog een ‘aanvaardbare’ dosis toxiciteit verwerken, maar mijn lichaam werkt desondanks prima. Het is veerkrachtig, vergevingsgezind en herstelt zichzelf keer op keer. Daarom omhels ik mezelf en spreek ik mijn dankbaarheid uit. De duisternis in deze wereld kan niet voorkomen dat mijn eigenliefde groeit. Integendeel.________________________https://www.karoliendeman.com/blog/2022/4/10/ik-kom-er-nog-goed-vanaf

KarolienDeman
11 0

Geschreven met aarde onder mijn nagels

Het schrijven stond de laatste maanden ergens onderaan mijn prioriteitenlijstje want ik had mijn hoofd en handen vol met het uitbouwen van een zelfvoorzienend paradijsje. Verborgen tussen de Vlaamse velden ligt het bosje waar ik mij dagelijks uitleef en met een aanmoedigende regelmaat inspirerende en gelijkgestemde zielen ontmoet. Het verval en vele sporen van vergane glorie vormden geen drempel om dit stukje grond aan te kopen en gestaag het licht er weer feller te laten schijnen. Vier afvalcontainers en een netwerk aan bedrijvige handen later, straalt deze plek als nooit tevoren. En dit alles binnen een relatief korte periode van een jaar. Geduld is nooit mijn sterkste punt geweest, het vuur in mij is gulzig. Mijn acties en keuzes maken deel uit van een inwaarts kerende beweging die al enige tijd aan de gang is. In plaats van op zoek te gaan naar en te vertrouwen op externe bronnen, word ik steeds beter in het bij mezelf ten rade gaan. Om te durven beslissen vanuit intuïtie en gevoel, ongeacht wat de buitenwereld aanraadt, is zelfvertrouwen vereist. En dat groeit. Het raadplegen van de innerlijke bron is onontbeerlijk als je het overleven wil omzetten naar écht leven. Ik hoor en zie rondom mij dat vele anderen tot diezelfde conclusie zijn gekomen. Het lijkt typerend voor deze tijdsgeest. In deze wereld is er voor elk probleem een specialist. Lekt de kraan, dan bellen we een loodgieter. Lekt het lijf, dan bellen we een dokter. In blind vertrouwen rekenen we erop dat de specialist ons probleem zal oplossen en ons de weg wijzen. De eigen richtingaanwijzers worden afgedekt of genegeerd. Totdat blijkt dat het probleem ons met ongeziene hardnekkigheid blijft tergen, dan pas zit de kans erin dat we vanuit wanhoop in een andere richting zullen tasten. Sommige mensen zullen hun innerlijke bron blijven ontwijken en er de rest van hun leven van uit gaan dat alles wat hen overkomt een externe oorzaak alsook antwoord heeft. Maar vele anderen menen te zijn ontwaakt uit een aangeleerde droomstaat en ontdekken met vallen en opstaan de reikwijdte van hun ware capaciteit. Als kinderen die leren lopen. Terwijl ik een voedselbos en spirituele ontmoetingsplaats aan het vormgeven ben, leer ik zaken waarvan ik vind dat het elementaire leerstof op scholen zou moeten zijn. Kennis die we nodig hebben om te leven in plaats van te overleven. Kennis die als tegengif tegen de aangeprate angst kan ingezet worden. De lessen biologie die ik mij herinner, getuigden van een educatief ontwerp dat vervreemding van de natuur en onszelf in de hand werkt. Het raakt de essentie niet aan en richt de aandacht op een simplistisch schouwspel aan de oppervlakte. Zo zit de mechaniek van de kunstmatige wereld waarin wij leven in elkaar. We worden belaagd door allerlei afleidende signalen die ons willen doen geloven dat we kwetsbare onwetende wezens zijn die een opeenvolging aan injecties en instructies nodig hebben om te kunnen overleven in de grote boze wereld. Wroetend in de aarde ontdek ik mezelf, want ik leer en voel duidelijker dan ooit hoe wij één en dezelfde zijn. Hoe we met ons lichaam omgaan, reflecteert glashelder hoe we de aarde behandelen. We hebben geen idee hoe ons lichaam werkt (want dat is iets voor specialisten), net zo min we weten waar ons voedsel vandaan komt. En we bombarderen ons darmgestel met antibiotica, net zoals we akkers uitputten met verdelgingsmiddelen en artificiële bemesting. Ik leerde dat permacultuur één van de antwoorden kan zijn op het herstellen van een evenwichtige connectie tussen mens en natuur. Het welzijn van de mens ontkoppel je niet van de gezondheid van de bodem. Een vruchtbare bodem is een basisvereiste. Met deze wetenschap in het achterhoofd ben ik fanatiek (het vuur, weet je wel) aan het zaaien en planten gegaan. Tot op het moment dat ik besefte dat ik werkelijk in staat was mezelf in een burn-out te tuinieren. Ik bereik erg veel met dat vuur van mij, maar dat perfectionisme en die faalangst erbij maken het geheel uiterst ontvlambaar, waardoor ik wel eens met schroeiplekken thuis zit te recupereren. Al bij al lukt het wel redelijk om mezelf tijdig in te tomen voordat ik de controle over de vlammen volledig verlies, met dank aan de fysieke kwaaltjes die me er op precies de juiste moment aan herinneren waar mijn grenzen van eigenliefde liggen. Naast het tuinieren en al andere to do’s die ik mezelf voorschrijf, ontwikkel ik mezelf gemotiveerd in een richting waar ik geen kwaaltjes meer nodig heb om te vertragen en mijn grenzen te respecteren. Eigenlijk ben ik mijn hardleersheid en strengheid jegens mezelf echt kotsbeu. In periodes dat mijn schrijven uitblijft, vindt er veelal een groeischeut plaats. In dit geval mag je dat ook letterlijk nemen. Na het vergaren van inzichten, komt er altijd wel een moment dat ik de noodzaak voel om ze esthetisch te bundelen in woorden. Ik wil begrijpen, vertalen en delen. Mijn leergierigheid ontspruit vanuit een verlangen naar een zo authentiek mogelijk leven, wat vrijheid impliceert. Vrij van de angst die voortkomt uit blinde afhankelijkheid, vrij van toxische stoffen, gedachten en relaties en vrij van al de rest dat een zuivere connectie met mijn essentiële zelf in de weg staat. Zelfvertrouwen, zelfredzaamheid en een netwerk aan gezonde liefdevolle contacten zijn de drie pijlers waar ik mijn beeld van de toekomst op laat rusten. Ik merk hoe het bosje een magnetische werking heeft op mensen die momenteel in een gelijkaardige vibratie vertoeven. Dit was dan ook één van de intenties die ik met deze plek verbond. Hier ontmoet ik mezelf en anderen te midden van het liefdevolle groen dat ons uitnodigt om naar hartenlust te spelen._________________________________https://www.karoliendeman.com/blog/2022/5/21/geschreven-met-aarde-onder-mijn-nagels

KarolienDeman
2 0

Een spons die iets meer steen wil zijn

Elk deeltje van mezelf mag er zijn. Ik wil het allemaal aanvaarden en moederlijk toedekken onder een meedogende blik. Ruwe kantjes hebben evenzeer bestaansrecht en -reden. Maar niet alles hoeft mijn aandacht en energie te krijgen. Bepaalde delen wil ik niet voeden en groter maken. Net zoals ik liever geen energie uitwissel met bepaalde mensen. Simultaan met mijn vibratie en bewustzijn transformeerden mijn omgeving en contacten. Het besef dat mijn externe realiteit een spiegel is van mijn interne processen, doet mij situaties ‘lezen’. Als ware het gecodeerde boodschappen die iets vertellen over mezelf. Elke ontmoeting is een zogenaamde ‘vibrationele match’, een passend puzzelstuk op mijn vibratie of ‘staat van zijn’ van dat moment. En elke confrontatie die moeilijk of ongemakkelijk voelt, kan geïnterpreteerd worden als een kans of uitnodiging om mijn vibratie bij te stellen. Zo krijg ik wel eens te maken met situaties of mensen die het thema eigenliefde en grensafbakening aansnijden. Dat doen ze geheel onbewust door gewoon zichzelf te zijn. Ze duwen aan mijn grenzen en schotelen mij vraagstukken voor waarbij ik de keuze heb om dicht bij mij mezelf te blijven of mezelf voorbij te lopen. Nog steeds heb ik de neiging om naar een gulden middenweg te zoeken, terwijl het ondertussen al jaren duidelijk is dat het handelen vanuit een gebrek aan eigenliefde mij uitholt. Zelfs al is het maar een beetje of slechts af en toe. Dat er veel zaken klaar en duidelijk geworden zijn, maakt het er niet perse gemakkelijker op. Mijn grensafbakening lijkt zich niet altijd vloeiend rond sociale regels en beleefdheid te kunnen plooien. Resoluut voor mezelf kiezen (niet te verwarren met egoïsme), rijmt niet altijd met wat volgens mijn sensitieve en empathische kant ‘juist’ is. Er zijn absoluut geen twijfels over wat juist voelt, in een ultieme zelflievende vrijheid, geheel losstaand van verwachtingen. Maar wat juist lijkt, gezien vanuit alle betrokken standpunten, is vaak het onderwerp van onderbuiks gepieker. Zo bevind ik mij, na enkele dagen voorheen krachtig te hebben besloten om mij omwille van mijn alles absorberende poreusheid beter af te sluiten voor de verhalen van anderen, tegenover een ratelende vrouw waarvan ik het gevoel heb dat ze zich energetisch als een klein aapje aan mij vastklampt. Ze huurt mijn yurt voor een nacht, met de al lang vervlogen intentie om er stilte te vinden, en aast op gelegenheden waarbij ze mij kan aanspreken. Ik luister terwijl ik zoek naar een gepaste gelaatsuitdrukking en houding. Iets tussen erkennend vriendelijk en beleefd afstandelijk. Mijn romp weggedraaid van haar, alsof ik reeds onderweg ben naar ergens anders. In gedachten stel ik een timer in die binnen enkele minuten zal afgaan. Dan moet ik weg. Ik geef haar nog 5 minuten die er uiteindelijk 15 blijken te zijn. Al kom ik soms in de verleiding, ik doe mijn best om op niets in te gaan van wat ze zegt. De vragen die ze mij stelt, staan alleen maar ten dienste van een uitbreiding of bevestiging van haar verhaal. Opgewonden van overtuiging deelt ze mij mee hoe het hele Covid-gebeuren rakelings langs haar heen passeert. Ze houdt zich er niet mee bezig en gelooft er niet in, zegt ze. Ze heeft respect voor iedereen die zich heeft laten vaccineren, maar dat gif komt niet in haar lichaam. Ik voel hoe haar frustratie een lichte druk op mijn maag uitoefent en krijg plots de impuls om mijn schoenen uit te doen. Onverstoord vertelt ze verder over alles dat ze aan weinig mensen kwijt kan, terwijl ik mij blootvoets inbeeld hoe er een heldere rivier doorheen mijn lichaam raast en alle spanning en toxiciteit wegspoelt, diep de aarde in. Mijn handen maken onopvallende gebaren waarmee ik een energetische muur creëer tussen de vrouw en mij in. Niets gaat erdoor, niets kan mij raken. Een paar uur na deze ontmoeting schrik ik van het hoofd van een buurman dat plots over de schutting verschijnt. Zoals ik van hem gewoon ben, komt hij met een verhaal waarin hij zichzelf neerzet als slachtoffer van onrechtvaardigheid. Eveneens naar gewoonte sluit hij af met een stilte die vraagt om mijn verontwaardigde reactie, die ik met alle wil van de wereld niet langer kan veinzen. Het uitblijven van een gewenste respons maakt dat hij zijn verhaal met verheven stem ietsje aangedikt herhaalt. Het universum voorziet mij vandaag van twee prachtexemplaren van kansen waarbij ik mijn voornemens om sterk in mijn eigen energie te blijven staan kan vormgeven. Ik evalueer mezelf aan het eind van de dag als stuntelig en onzeker, terwijl ik anderzijds ook weet dat ik op korte tijd best grote sprongen heb gemaakt. Ik ben als een spons die oefent in wat meer steen zijn. De aard van iemands vibratie en welk effect deze op mij heeft, openbaart zich relatief snel. Het zijn details in de communicatie, zoals bijvoorbeeld de woordkeuze, die mij vertellen waar iemand staat ten opzichte van zichzelf en de wereld. Ook of een communicatie al dan niet ‘helder’ aanvoelt, is een grote indicator van de vibrationele frequentie van de ander. Manipulatie verschijnt in verschillende gedaantes, van subtiel en gewiekst tot ronduit grof en onbeholpen. Maar wat elke vorm van manipulatie gemeen heeft, is het troebele karakter van de communicatie. Het voelt alsof er ruis op de lijn zit, alsof niet alles goed doorkomt of begrepen wordt. Als een connectie niet helder is, loopt deze via kronkels en omwegen en een empaat zal deze van nature uit proberen te volgen, vaak met het verlies van zichzelf als resultaat. Tenzij het een geleerde empaat is die vanuit ervaring een keerpunt heeft bereikt en niet langer meegaat in de oneindige en zelfbeperkende verhalen van een ander. Wat niet hetzelfde is als onverschilligheid. Ik ben er mij bewust van dat ik mezelf ontmoet in een ander, dat mijn ik zelfs overloopt in een ander en in mijn omgeving, en omgekeerd. Maar anderzijds is het ook van cruciaal belang voor mijn welzijn dat ik de begrensdheid der dingen respecteer. Ik erken, aanvaard en eer de dualiteit van het grenzeloze dat niet kan bestaan zonder grenzen. En zoek mijn evenwicht op de deiningen die ontmoetingen met zich meebrengen.____________________________ https://www.karoliendeman.com/blog/2022/6/9/een-spons-die-iets-meer-steen-wil-zijn Foto door Lieven Herreman ©https://www.lievenherreman.com/

KarolienDeman
14 1