Zoeken

diagram van ieder dachten

mijn adem grijpt de werkelijkheid  hij stelt mij een loodlijn samen om te vliegen wanneer ik zonder val zo val ik in voor de invalshoek van de schaduw  wanneer ik ze niet zie is de loodlijn vervlochten met de afdruk in het wit niets kan de pijn daarbinnen verzachten ik denk er niet aan ik word een speerpunt boven die gehavende ingang van mijn dachten die ik iedere indruk vergis   voor de ingang van mijn perceptie mijn keel, de bloedmeter van mijn hals ik gebruik het bloed om een ingang te vinden naar mijn zelfbeeld   ik ben arm en mager ik ben schoon en proper wanneer ik mijn hoofd bereik   dan spreek ik maar besef dat ik nog aan het denken ben   een springveer dringt zich op om een omweg te nemen   ik verkies eerlijkheid en continueer mijn woorden ze vinden een inwijking in het hart van mijn idee het slaat zo hard dat de ingewanden van ongebruikelijkheid zich naar de buitenkant verstevigen tot ze een boomkern vinden   de boomkern vertegenwoordigt de afwezigheid van mijn zelfbeeld op die manier heb ik hem nooit zelf uitgehouwen  ik ben het oorspronkelijke ontwijkingsmanoevre van mijn schuldgevoel vergeten dat allemaal omdat ik zelf niet beginnen ademen ben  ik ben op terugtocht naar mijn uitdrukking langs de hals van mijn insijpeling   ik heb niets geraakt ware niet dat het krocht van mijn gedachten mijn onvergeeflijke dwang negeert ontbolster ik vertroubleerd uit het niets dat niets gebruik ik om een diagram te schetsen   de tekening is een leeg afgodsbeeld van een inslag mogelijkheid streeft naar ontdekking   de tijd waarschuwt mij maar het is te opvallend ik kan niet meer opnieuw dezelfde omwenteling maken dan word ik maar goed en allesoverheersend bekwaam   dat is de fout die nu langs mijn tekening in het systeem van de schaduw is geslopen ik terg de nacht tot ze verschilfert in duizend winterbladen nu kan ik niet meer tellen ik schrijf op ik ben aan het denken   de bovennoemer heeft het gehaald van de goedheid nu spreek ik tot u mijn initiële bedoeling van gedachten   ik hoop dat het niet opvalt dat ik bezwarend ben  

Robijn Bodijn
1 0

In de gevangenis

  mijn tenen waren bijna look geworden de wortels lopen hier onder door in dit bureel zijn al vaker monden naar de bron gebracht   de duur van dit verhoor  zal afhangen van uw wil de tijd kunt u rekken bruusk zacht ofwel volgt u de instructiesborden   ik zal u eerst in de voet schieten dan een knie door uw schedel steken daarna kamt u die pruik slechts voor de schone schijn   neem alvast uw verdriet en leg het op uw linkeroor terwijl ik in uw dossier duik beste gelukszoeker   er woekert al lang blindheid in uw bovenkamer vol met wit loof ik beloof dat duisternis uw vriend zal willen zijn   ik ken haar echt zo nu komt het zit stil   beweeg niet ik geef u dit pistool mik op uw mooiste droom   in die hoek waar de wolfspin woont waar een zuur gebit zijn tanden in uw toekomst zet is er een raam   open sluip geloof wij zullen er geraken duimschroeven zullen wij niet hoeven te gebruiken   het is nu aan u trek een kaart ga direct naar de gevangenis of koop een station   het is voor die trein der traagheid om er als een dakloze te toeven ga tot slot terug naar start   we beginnen opnieuw deze keer zonder ambitie kruip bij mijn tenen in die frisse kousen   ik ben de eeuwige winter kruip onder een nagel schiet nu schoon al uw illusies dood   haal dat verdriet weer van je oor luister naar het zwart gefluister blijf bij mij de ganse nacht   ik ben de commisaris heb een monopolie op geduld ik wacht   ginds in dat rood hotel wordt niet betaald voor tederheid en het ontbijt is er op bed   volgens de wet zal het geschieden doe wat ik zeg houd van mij bijt in mijn lip en gooi die dobbelstenen weg       uit de reeks 'Majnun, het gebrabbel van een gek'    

Bernd Vanderbilt
0 0