Zoeken

In loving memory of my aching heart, it beats only for you, my love

                            ‘The night contains no darkness for those embraced by their lover’     The moment I can’t stand this room anymore, Is the moment I will never be able to enter it again And I feel like not knowing you forever is gonna break my heart to leave nothing but emptiness instead And right now I feel no love in the space between, and often the                    space between was the very thing that held on close enough to even touch that space sometimes And maybe heartache is just underneath the top layer of the heart for those who fear the possible And not talking is very different from not talking ‘anymore’   In loving memory of my aching heart, It beats only for you, my love   A misunderstanding, possible in any form of rapid communication, leading itself further and so, creating new places I think I don’t feel comfortable in To miss, to miss the feeling of home, that you so truly are to me I’m so afraid of what I’m feeling because maybe I am saying goodbye too often because I feel too much too often And I don’t ever dare fake smiling to myself in the mirror  because that would break my heart too And there is no safe space left in a world of things that are seethrough And I am so glad you are just being right now because I couldn’t bare you comforting me ever again   But only angels know that there is a place kept for lovers like us;   And remember you gave me wings of desire                 Nick Cave’s ‘Green Eyes’ made me seek the deepest colours hidden in my lovers eyes maybe I fear the change of a feeling, felt during a certain song, because sometimes that feeling was all there was left but there are different ways of saying that  [1] [1] This is a prayer to you, my love

Jill De Waele
34 0

struikelblok

Op de hoek van de straat vergeet ik mezelf Klungelig keer ik om en raap traagjes mijn waardigheid op, samen met mijn rode sjaal die zwart ziet van de olie van mijn fietsketting. Gisteren nog viel ik bijna; iemand roept ‘Mevrouw, uw sjaal!’ een minuut later sta ik aan de rand van de drukke weg mijn sjaal uit m’n ketting te trekken; toen vergat ik mezelf ook even, maar met charme. Ik maak me druk om de tijdslijn die mijn eigen leven omvat, tegelijk vergeet ik alle belangrijke data van alle belangrijke mensen; basisleerstof; volgens mij zijn ze allemaal nooit gestorven. Ik trek me terug: ieder in z’n eigen kamp nu. Ik vergeet de camouflage en negeer de verassingsaanval: op staande voet ontslagen. Ik ben m’n eigen struikelblok…  Al struikelend bij de bakker: ‘Mevrouw, er hangt wat wit aan uw neus...’ Ik kan geen kant op, ik word geviseert door een bevooroordeelde maatschappij, ik negeer het en bestel een croissant. Later betwijfel ik mijn eigen vermogen tot kritisch zijn, gooi mijn laptop door het raam en huil. Ik zie het zo voor me: vergane glorie van mijn thesis van twee woorden: ik huil opnieuw. Nog later, dronken ondertussen, terwijl ik de scherven bij elkaar raap en me verontschuldig tegenover mijn (pedofiele) overbuurman, verbrand ik me aan mijn sigaret; een wonde voor het leven, en was dat het allemaal waard? Mijn geweten praat tegen me, het fluistert vage dingen over mijn waardigheid enzo, ik negeer het, er is zoveel om over na te denken.

Jill De Waele
32 0

I wanna face what I haven't tried

Er is lengte voor nodig dus lieten onbewogen dagen zich in met het ideedat er aan niets toch iets kon worden toegevoegd.Dat laatste deed ik zelf niet.Enkel door er aan mee te werken kan ik nog iemand zijn.Toestanden verzwakken dus niet, de afzwakkingwordt eerder een toestand.Wat nieuw was in de kamer waarin ik zat, leefde, ikzelf ook nog steeds, die de nieuwe dingen niet langer in bezit nam, maar werd een schim in de vormeloze kamer,de toestand waarin ik verkeerdewerkte even mee, dat was genoeg. De kamer werd herkend, steeds weer op dezelfe manier: traag maar zeker. Hier waande ik mijzelf mede-kamer;een deur naar een deur, ik ging langzaam nieuwe conventies voor mezelf maken,door afvallig de interacties met alles en iedereen (of niets en niemand)tot mij te laten komen; zelf geen conductor van geweld of behulpzaamheid te zijn,eerder de trigger.Maar dat is niet erg.Niet dat erg is een schim van jezelf te zijn, maar het is niet erg. Eerder is het wennen. De kamer lijkt mij na te willen doen, maar in de muur recht tegenover je ontbolstert iets, als een dode naar je toe lijkt hij te wandelen;iets dat nog moet komen maar dan nu, iets dat dus niet kan leven,en daarom nog even bij je blijft.Wat ik wil vergeten bedenk ik me. Het schept rust, alleen met je gedachten te zijn, goede of kwade.Nergens meer toevluchtsoord vinden dan in je eigen bestuurbare zelf. Wat je echt bezit is controleerbaar, de restslechts voor even, en daarom is het waardevol.Want even leek het goed te komen, dus kwam het telkens weer goed.

Dries Verhaegen
21 1

Wie schaakt Beth Harmon?

Midden in de voorlaatste aflevering kan ik mezelf niet langer bedwingen, ik moet weten of het verhaal van schaakwonder Elisabeth Harmon waargebeurd was. Mijn ontgoocheling is groot wanneer ik ontdek dat het een fictief verhaal is, gebaseerd op een novelle van Walt Tevis. Elisabeth groeit op als een Roald Dahliaans personage in een weeshuis en leert daar haar schaaktalent ontwikkelen onder het toeziend oog van Mr. Shaibel. Waar hij initieel zijn norsheid inzet om haar af te schrikken (‘girls do not play chess’), ontwikkelt hij zich gaandeweg tot haar afstandelijke, maar liefdevolle mentor. Hij verliest zich niet in pushen of dwepen. Hij neemt haar onder zijn vleugels en zegt met een mengeling van verwondering en bewondering: ‘you have so much anger in you’. In het weeshuis ontwikkelt Beth een pillenverslaving. Mijn verontwaardiging was groot, omdat ik toen nog overtuigd was dat het verhaal waargebeurd was. Op volwassen leeftijd komt daar nog een alcoholverslaving bij. Ze slaat aan het comazuipen toen de term nog niet bestond. Het destructieve karakter van genieën wordt meestal opgevoerd als een noodzakelijke voorwaarde voor het ontwikkelen van hun genialiteit. Hier zien we Beth echter keer op keer schaakkampioen worden ondanks, en niet dankzij haar verslavingen. Genieën moeten demonen bedwingen en zoeken hiervoor hun toevlucht in verdoving of hallucinaties. Hun heldenstatus wordt onterecht geënt op de foute assumptie dat hun verslaving wonderlijke bijwerkingen heeft. Genieën zijn einzelgängers, zo laten veel verhalen en biografieën van genieën zich lezen. Dit versterkt hun heldenstatus, maar gaat voorbij aan de realiteit. De meest succesvolle genieën spenderen veel tijd alleen, maar ze laten zich ook omringen door motiverende en inspirerende gelijkgestemden. Beth heeft het geluk zich te kunnen omringen met een aantal ambitieuze, niet-jaloerse, Amerikaanse mannen die haar de titel van winnaar keer op keer gunnen. In de jaren ’60 en ’70 bestonden er blijkbaar geen glazen plafonds of plakkerige vloeren. Ze krijgt de kans om te blijven groeien en wordt geen strobreed in de weg gelegd, tenzij van zichzelf. Het ultieme schaakspel van de reeks, tegen de wereldkampioen Vasily Borgov, gaat door in de voormalige Sovjet-Unie. Beth gaat alleen naar Moskou, maar krijgt al snel telefonisch advies van haar Amerikaanse schaakvrienden. Beth Harmon is een vernieuwend vrouwelijk personage. Ze combineert haar vrouw-zijn feilloos met haar status als genie. Ze is een vrouw in een mannenwereld, maar verliest haar eigenheid niet. Ze laat zich niet intimideren door zelfingenomen tegenstanders: ‘I would say that it’s much easier to play chess without the burden of an Adam’s apple’. Het zou gratuit zijn om haar op te voeren als een emotioneel, hoogmoedig en destructief genie dat ten prooi valt aan roem, foute mannen en haar jeugdtrauma’s. In plaats daarvan schrijdt ze na elk gewonnen spel met een extra portie zelfzekerheid, maar ook met een uitgebalanceerde sereniteit naar het volgende schaakbord. Dat doet the Queen’s Gambit: het laat zien dat vrouwelijkheid en genialiteit op stijlvolle wijze kunnen samengaan. Het Wes Anderson interieur krijgt u er gratis bij. Geen wonder dat deze serie de meest bekeken Netflix serie ooit is. Ik keek ernaar en dacht: in die wereld wil ik ook leven. En ik kan niet eens schaken. Dochter: De queen is echt indrukwekkend. Moeder: Oh, kijk je naar The Crown? Dochter: Nee, The Queen’s Gambit.

Lore Dewulf
42 1

‘Instuurmateriaal’ moet verdraagzaam zijn / Wat doet het vooruitzicht van de dood hier nog?

Nergens waar de buurman keek, leek zijn straat te beginnen. Logisch: ik kon me niet voorstellen wat het was dé buurman zelf te zijn.   Hier, waar alles logisch is, kijkt de kamer kaal naar je terug,  maar je leven zelf is de puinhoop waar aan begonnen zal worden.Eerst het individuele gezeik, daarna het (gezamenlijke) begin daarvan, as if by rule.   Het start met empathie van Deleuze en eindigt bij empathie tijdens Deleuze.  Wie verwacht dit gedicht eigenlijk in zijn inbox? Zo weinig mogelijk ‘en’, zo halsstarrig mogelijk ‘nee’ gebruiken, als het al gebruikt wordt. Hetgeen ik instuur, om gebruikt te worden, moet nagelaten om begrepen te worden.    En de paper van de terugblik begint met ‘Beste gelijkgezinden’;maar waarom is het latente media, waar ik het mee ga voor elkaar krijgen? De kans op publicatie, de kans om vast te modderen in self-awareness.   God zijn. Even maar. Waarom?  Omdat dat niet herhaald zal worden. Een anti-categorie, van a naar b, naar het anti. Daarna pas kan er gelachen worden om weelde.    Het is nog het soort beschikbaar zijn van middelen; te kunnen denken aan bepaalde ladingen financieel, die financieel kunnen worden gedekt.  Op hun beurt de bijdrages uitgeven, contractbreuk ‘naspelen’ met degene die van mijn tekst een prop maakte; één waarvan ik de kreuken blijf voelen en de zin in iemand verlies.    Wat ze doen met elkaar, is wat ze doen met dit soort bijdrages: ‘de’ poëzie, poëet ‘worden’. Stuiterend tegen elkaar conventies versterken.Stuiterend tegen elkaar bekend worden.  Maar dat belet de boodschap niet, want knowledge is -  nog voor zij op het snijpunt van rijk & wereldvreemd komt -  for free and for you, vooral dat.  De boodschap is gratis, de connectie ermee (= het kunnen associëren met de benoemde doelgroep) is vaak pijnlijk. Basiskennis zou de start moeten zijn van analyse.  Ik zwijg beter dan jou, dus ik lijk op jou. Ik haatte de recensent. Nu laat ik het steeds na, beter van hemzelf en zijn zoveelste misdraging te worden.

Dries Verhaegen
29 1

The Gatekeeper

‘Ik ben hier om alles bij elkaar te houden.’ was het antwoord toen ik vroeg naar zijn hoedanigheid.‘Dus zonder jou zou alles ineen storten?’‘Je hebt geen idee.’ grijnsde hij. Hij torende boven mij uit terwijl ik weerloos op het tapijt lag. Een vinger in mijn richting. ‘Zie jezelf daar liggen. Je moest je schamen.’ Woorden als een geseling. Misschien had hij gelijk. Maar halverwege het geautomatiseerde neerhalen van mezelf hield ik halt. Nee! Ik wou mezelf niet langer beperken volgens zijn eisen. Ik zou me verzetten tot hij monddood gemaakt was. Zijn oordeel was gefundeerd op mijn duistere gedachten. Met zijn hard uitgesproken mening hield hij mijn zelfvertrouwen laag. Schor geschreeuwd van woede beet ik in zijn enkels. Hij gaf geen krimp, volledig stijf doordrongen van zijn verantwoordelijkheid. ‘Je hebt mij nodig.’ ‘Waarvoor?’‘Om jou te beschermen.’ Plots zag ik wat zijn moeder zou kunnen gezien hebben. Dwars doorheen zijn pantser. Hij deed zijn uiterste best. Zijn intentie was eigenlijk heel mooi, bijna aandoenlijk. Zich niet bewust zijnde van de schade die hij aanrichtte, bewaakte hij mijn mentale grondgebied. Voor die taak was hij in het leven geroepen. Mijn zelfbehoud was zijn zorg. Gekalmeerd door een vernieuwde kijk op zijn bestaan, kwam ik hem tegemoet. Ik zou luisteren en hem bevestigen. Zijn advies ter harte nemen. Zijn kwaliteiten appreciëren. We konden zelfs bondgenoten worden. Meewerken in plaats van vechten, dat ik daar niet eerder op gekomen was. Maar in stilte besloot ik ook om mezelf het laatste woord toe te schrijven. Hij versperde de doorgang en ik vroeg nederig of ik mocht passeren.‘Het is te laat. Misschien een andere keer.’En ik wist dat dat moment zou komen.

KarolienDeman
40 0

Brief aan mijn psychiater

Ik at vandaag een overrijpe peer en vergat mijn medicatie te nemen. Dat waren allebei aangelegenheden met een bijzonder gevolg. Het vruchtvlees van een overrijpe peer is vaak korrelig en dat vind ik vreselijk. Om de smaak zo snel mogelijk weg te krijgen stak ik alles wat ik in mijn vrijwel lege ijskast kon vinden in sneltempo binnen. Een stuk gesmolten en terug uitgedroogde kaas, een potje mango-yoghurt waarvan het dekseltje al bol stond en een stuk rauwe paksoi. In mijn blinde paniek vergat ik dat ik nog een grotere hekel heb aan paksoi dan aan overrijpe peer, maar toen ik het me realiseerde was het te laat. Plots proefde ik alleen nog de tongkus van mijn vorige geliefde die wel graag paksoi at en er elke week een uit de winkel meebracht, ook al vroeg ik keer op keer om dat niet te doen. De smaak van die vorige geliefde deed me kokhalzen. Ik gaf drie keer over en ging toen op de koude badkamervloer liggen tot de stenen warm en ik koud waren geworden. Geen idee hoeveel tijd er voorbij was gegaan. Toen ik opstond, voelde ik die zware mist in mijn hoofd optrekken. Die mist die niet in woorden te vatten is maar die oorverdovend een chemisch onevenwicht in je hersenen aankondigt. Nu ik erover nadenk weet ik niet goed of het wel mist is, en geen vijf meter sneeuw. Het resultaat is namelijk hetzelfde: je zit vast, opgescheept met jezelf, en je kan niets doen. Probeer je dat toch, dan wordt je letterlijk en figuurlijk verpletterd. Als ik u dit zou vertellen zou u meteen mijn dosis verhogen, dokter. U zou zwijgen, knikken, schrijven. En ondertussen zou ik die nieuwe tennisbaan in uw tuin betalen, bij elke seconde die wegtikte. Tachtig euro per kwartier. Nog eens twintig voor de nieuwe pillen. En mijn koelkast is al zo leeg. Daarom ben ik gestopt met onze afspraken, dokter. Nog meer sneeuw kan ik niet aan. Geen zorgen dokter, ik zal u schrijven. Dan hoeft u me niet te missen en hoeft u zich geen zorgen te maken. Het gaat goed met me. Op goede dagen drink ik koffie en kijk uit het raam naar de naakte overbuurman. De straat is te breed dus zijn piemel kan ik niet echt goed zien, maar zijn donkere rugharen vormen een pijl, van aan zijn schouders tot aan zijn bilnaad. Hij verschijnt altijd maar enkele seconden voor het raam, dus ik moet de hele dag op de uitkijk staan om hem niet te missen. Dat is een fijne bezigheid. En op slechte dagen lig ik op mijn badkamervloer, samen met dat chemische onevenwicht en die sneeuw. We hebben er al zo vaak gelegen dat we aan elkaar gewend zijn geraakt. Ik hoop dat u mij niet te erg mist, dokter. Het zal vast moeilijk zijn om me los te laten, maar voor u het weet is er iemand anders die elke vrijdag om 11 uur in uw wachtkamer zit wanneer u de deur opent. En ooit, dat weet ik zeker, kom ik weer bij u terug.

Annelies Leysen
78 7