Zoeken

Goeie vriend Het laatste bezoek. 3

rene steylaerts I I boudens luc, SERIE Antwerpen kunstenaars 1994-97 *************************************************************** Er was een oplossing. Dacht ik. Mijn geliefde broer bewoonde een huisje midden het platteland. Denk aan grazende koeien. Lappendeken van groeiende en bloeiende velden. Daar konden we naar toe. Dacht ik. Tijdens het nieuwjaarsfeest met mijn geliefde broer was bij mij de mening ontstaan dat mijn geliefde broer zich hield aan nu en dan een joint. Dat was ook het gene mijn goeie vriend een klein beetje rustig hield. Want hij werd wakkerder en wakkerder. We slopen een keer per maand goed bijna onzichtbaar dik ingepakt naar de arts. We verzwegen de cannabis bij de dokter heroïne leek mij het meest dringende op dat moment. Het leek niet alleen te lukken het was realiteit het lukte. De arts zag ook zijn vooruitgang en was reuzen enthousiast toen we haar op de hoogte brachten van ons plan. Onze tocht maar het land van de zacht glooiende groene gras waar koeien de ruimte vullen.Toen we uit het huis van de arts buiten kwamen. Nam ik opeens een schroevendraaier vast liep naar een auto deed alsof ik met de schroevendraaier de deur open brak. Ik opende de deur en gooide zijn deur open en zei "rap instappen." Toen zag ik iets ongelofelijk. Mijn goeie vriend die nog niet twee maand geleden waarschijnlijk bekend stond als de beste auto dief van de lage landen. Weigerde in de auto te stappen. Ik zag voor de eerste keer terug in zijn ogen een vleugeltje angst. Toen lei ik hem uit dat ik de auto had gehuurd en hem ermee wou verrassen. Hij stapte in. Er zijn zo van die momenten die er uit springen want er was niet alleen meer hoop er was ook ver over die hoop de gedachte dat alles goed zou komen dat warme alles verbindende gevoel. We waren al zo ver.

verf ed: Contemporary interdisciplinair ArtTIST, nen tjolder, nen dommekloot
0 0

Goeie vriend.. Slaapt. 2

Graffiti by Matthias Schoenaerts ********************************************************* Des avonds, het was winter, kon mijn goeie vriend naar buiten. Veilig verscholen achter een dikke trui liepen we door de vrieskou des avonds. Er was geen dealer die hem herkende. We waren iedere week op bezoek gegaan naar de vrouwelijke arts. Zo hadden we ontdekt dat we zo zonder problemen door Antwerpen kon treken. Maar het bleef 1 keer per week een maand lang. Hij werd ook wakker. Mijn goeie vriend die in een ander leven misschien een man geweest was met een intensief gelukkig leven. Hij was terug, mijn goeie guitige vriend. Hij was volwassener geworden maar het was de briljante toffe aangename vriend. Er was hoop niet onbelangrijk. We waren al zo ver geraakt. Het was simpel. Een zware heroïneverslaafde is vooral moe. Doordat hij in een beveiligde omgeving. En daar bedoel ik dat ik niet in het leven paste waar hij net afscheid van nam. Zo was hij er zeker van dat hij bij mij niet zou lastig gevallen worden door gasten die hij kende en die hem onherroepelijk de weg van de Heroïne terug zou doen bewandelen. Ik was geen deel van dat leven van hem. Hij wilde er van af. Hij was er in geslaagd door op de eerste plaats ongestoord ergens met een veilig gevoel te slapen. Zonder dat ik hem het 9 tot 5 regime oplegde. Hij sliep een maand lang op de ogenblikken dat hij waker werd at hij wat rekte zich uit en sliep weer een dag verder.Dan was er zijn medicijnen die hem niet alleen van die drang voor heroïne afhielden. Ze zetten hem ook aan tot slapen. Als de drang om achter de heroïne aan te holen wegviel. Dan was de noodzaak eindelijk eens dat lichaam rust te bezorgen groot. Ik liet hem slapen 1 maand lang en iedere week werd hij tijdens onze tocht naar de arts een beetje wakkerder. Iedere week werd hij een beetje meer waker en opeens overviel mij die angst. Daar zaten we twee volwassen mannen in een klein kamertje midden de grootste stad van de lage landen. Omringd door massa's voetgangers waar in verscholen dealers rondliepen.Misschien is de halve stad wel op zoek naar u zei ik wel eens grappend. Hij was verdwenen.Het was niet de angst voor agressie. Het was eerder diezelfde angst van een stamgast van een café die opeens beseft dat hij nooit meer een voet mag zetten on zijn geliefde stamcafé. Want een voet erin betekent onherroepelijk een voet zetten in die sociale groep de café vrienden en zo weer ondergedompeld worden in de roes van de drank.Er was een oplossing.

verf ed: Contemporary interdisciplinair ArtTIST, nen tjolder, nen dommekloot
0 0

Ontsnapping

Met een zucht zet Eva zich neer in haar kampeerstoel en nipt van haar bekertje wijn. Dit is de beste beslissing die ik ooit heb genomen, denkt ze bij zichzelf terwijl ze de zon langzaam ziet ondergaan. “Op de wijn uit een plastic beker na dan.”De wolken kleuren zachtroze en de hemel hult zich in een oranje gloed die wordt weerspiegelt in het water van het meer. Ze sluit even haar ogen en alle gebeurtenissen van het afgelopen jaar flitsen voorbij.  Toen ze hem voor de zoveelste keer dronken hoorde thuiskomen, was voor haar de maat vol. De innige liefde die ze altijd voor hem had gevoeld, de volmondigheid waarmee ze anderhalf jaar geleden ‘ja’ tegen hem zei, waren de laatste maanden omgeslagen in walging. Steeds vaker moest hij overwerken en ging daarna op café om zich te bezatten. Als hij dan stomdronken thuiskwam en in slaap viel op de zetel of naast haar in bed, plaste hij alles onder en kon zij alles opkuisen. Eva was het meer dan moe. Ze verloor al haar levenslust en eigenwaarde, om nog maar te zwijgen van het respect dat ze ooit voor hem had. Hun gezamenlijke vrienden stonden aan haar kant en probeerden net als zij, zonder succes zijn drankgebruik in te tomen. Ze luisterden als ze haar beklag deed, toonden compassie en deelden blikken van medeleven als hij weer eens beschonken achter het stuur kroop na een avondje uit. Tijdens de zoveelste eenzame avond, besloot Eva wat spanning op te zoeken en maakte een Tinderaccount aan. Ze had niet de intentie om haar man te bedriegen, maar ze had nood aan mannelijke appreciatie en complimentjes. Na enkele uren heen en weer swipen, kwam ze plots Fred tegen. Fred was de man van één van haar vriendinnen en papa van twee zoontjes. Zou ze Lies hiervan op de hoogte moeten brengen? Nee, best niet want dan zou zij moeten uitleggen hoe ze wist dat Fred op Tinder zat en dat zou roddels op gang brengen. Tenslotte deed ze niets verkeerd en vulde ze haar eenzame avond op met leuke chats.Toen ze enkele weken later met enkele bevriende koppels gingen uiteten, had ze Fred even alleen en sprak hem erover aan. “Het gaat al een tijdje niet zo goed tussen Lies en mij,” vertrouwde hij haar toe. Vanaf dat ogenblik deelden Eva en Fred een geheim en hoewel ze nooit echt een hechte band hadden gehad, spraken ze vaak stiekem met elkaar af. Ze hadden het gevoel dat ze elkaar begrepen, Eva voelde zich gehoord. Van praten gingen ze in hun zoektocht naar affectie al snel over op knuffelen, wat dan weer uitmondde in kussen. Ondanks het feit da ze zich nooit eerder fysiek tot elkaar aangetrokken voelden, konden ze zich tijdens hun vijfde geheime afspraak niet langer beheersen en ze verloren zichzelf in een passionele vrijpartij in de laadruimte van Freds camionette. Het schuldgevoel waar Eva mee kampte, vooral tegenover Lies en haar prachtige jongens, kon haar niet weerhouden om af te spreken met Fred. Steeds frequenter, met steeds passionelere seks. Het werd moeilijker om normaal te doen tegen elkaar in het bijzijn van hun vrienden. Toen Fred op één van hun afspraakjes bekende dat hij gevoelens voor haar had, kon Eva niet anders dan een punt te zetten achter hun affaire. “Maar Eva, jij bent het enige lichtpuntje in mijn leven,” smeekte Fred, maar Eva hield voet bij stuk. Fred en Eva beloofden elkaar dat hun affaire een doodgezwegen geheim moest blijven dat ze zouden meenemen in hun graf. De affaire zette Eva aan het denken, ze besloot een punt te zetten achter haar huwelijk en trok weer in bij haar ouders. Op het ogenblik dat ook Lies en Fred hun breuk aankondigden, bleek Fred zich niet zo veel aan te trekken van hun afspraak. Tijdens een nieuwjaarsfeestje onder vrienden, waar ook Eva en haar ex-man aanwezig waren, besloot Fred als dessert hun affaire openbaar te maken. Wat een fijn, zorgeloos feest zou moeten worden, mondde uit in een avond vol verwijten en wijzende vingers. “Ik heb altijd geweten dat je onze mannen probeerde te versieren,” tierde Kim, de zus van Fred. “Ben je blij nu je een gelukkig gezin hebt kapot gemaakt?” Eva hield de eer aan zichzelf en vertrok. In navolging van Kims voorbeeld, liet de ganse vriendengroep Eva als een blok vallen.Nadat het papierwerk van de scheiding rond was, besloot Eva haar tent, slaapzak en kampeerspullen in de auto te gooien en voor een tijdje te gaan reizen. De dokter had haar twee maanden thuis geschreven met een depressie en goedkeuring gegeven voor een bezinningsreis. Het kostte haar wat tijd, maar gelukkig kon ze haar moeder geruststellen met de belofte van een dagelijks berichtje. Nu zit ze sinds vanmiddag in de heerlijke warmte van Lazise aan het Gardameer. Mama heeft het adres van de camping waar ze verblijft en was dolgelukkig met de foto die Eva haar stuurde. “Kom nu maar weer op je plooi. X” had ze geantwoord.Haar beker wijn is leeg, net als haar knorrende maag. Eva gaat zich eerst even opfrissen na de lange en bloedhete autorit. Het lauwe water van de douche zorgt voor een aangename en welkome afkoeling. Ze trekt één van de weinige jurkjes die ze bij zich heeft aan, draait haar lange haren in een slordige dot en gaat op zoek naar een restaurantje in het dorp. Bij een klein terrasje met zwak licht houdt ze halt. Ondanks het late uur zitten er nog wat koppeltjes en gezinnen te dineren. Eva zucht en net als ze zich wil omdraaien om weg te gaan, komt er een ober naar haar toe. “Buonasera senora, een tafel voor één?” vraagt de zwartharige man. Zijn huid is prachtig zongebruind en steekt af tegen het witte hemd dat hij draagt. Eva glimlacht en knikt. “Ja, graag.” De ober, die volgens zijn gouden naambordje Roberto heet, begeleidt haar naar een apart gelegen terrasje waar alle tafeltjes voor één persoon gedekt zijn. Eva krijgt een tafeltje met zicht op het meer toegewezen, ver uit de buurt van de koppels en gezinnen. Het lijkt wel alsof dit deeltje van het terras is voorbehouden voor eenzame zielen die in alle rust willen dineren. Eva bestelt een glaasje rosé en een pasta vongolé, ze geniet met volle teugen van een heerlijke maaltijd en doolt nog even door de smalle straatjes van Lazise. Ze trakteert zichzelf op instant vakantiegevoel met een enkelbandje. Na een gelati wandelt ze terug naar de camping en kruipt moe, maar enorm voldaan haar slaapzak in.  Een droomloze nacht later, wordt Eva wakker met de heerlijke zilte geur van vakantie. Vandaag staat een verkenning van de omliggende dorpjes op de planning. Ze kuiert rustig rond, geniet van het bruisende Italiaanse leven en leeft als een god in Frankrijk. De dagen vliegen voorbij en al gauw voelt ze zich meer en meer op haar gemak. Nog even en ze is een echte local. Anti-pasti, pasta, pizza en gelati worden dagelijkse kost. Roberto wijst haar elke avond hetzelfde tafeltje toe en brengt haar een glas rosé nog voor ze het besteld heeft. Op zijn aanraden probeert ze elke avond een ander gerecht en hij leert haar enkele woordjes Italiaans.  Op haar zevende avond na alweer een verrukkelijke maaltijd, spreekt hij haar ietwat verlegen aan. “Excusi senora, morgen heb ik mijn vrije dag en ga ik met enkele vrienden varen op het meer.” Eva hoort het trillen in zijn stem. Ze had niet verwacht dat een macho als Roberto zo nerveus kon zijn. “Ik vroeg me af of u misschien zin heeft om ons te vergezellen?” Eva bloost. “Oh, dat lijkt me fijn,” stamelt ze. Roberto lijkt zijn zelfvertrouwen hervonden te hebben. “Mooi, dan zie ik je morgen om negen uur hier op de steiger.” Ze nemen afscheid met twee kussen.  De volgende ochtend gieren de zenuwen door Eva’s lijf, al kan ze zelf niet onmiddellijk thuisbrengen waarom ze precies zoveel zenuwen heeft. Als ze om iets voor negen bij de steiger aankomt, staat Roberto haar al op te wachten. Hij begroet haar op dezelfde manier als waarop ze afscheid namen de avond voordien, met twee kussen. “Ik ben blij dat je er bent.” Zijn vrienden proberen haar in hun beste Engels te verwelkomen, maar ze zijn nauwelijks verstaanbaar. Nadat ze met een glas Prosecco getoost hebben op een fantastische dag, varen ze uit. Geruisloos en onopgemerkt neemt Eva haar tas en muist onder het Italiaanse onderonsje vandaan. Op de voorsteven spreidt ze haar handdoek uit, onwennig trekt ze haar kleren uit. Terwijl ze zich met zonnecrème aan het insmeren is, komt Roberto bij haar zitten. “Kan ik je helpen met je rug?” Eva antwoordt instemmend en gaat op haar buik liggen. Ze voelt zijn zachte handen zorgvuldig over haar rug en schouders glijden. Zijn aanraking ontspant haar. Samen liggen ze een tijdje in stilte te zonnen. “Als je liever bij je vrienden bent…” zegt Eva nadat ze hem ziet geeuwen. Roberto zet zich recht. “Lieve Eva,” fluistert hij. “Ik heb je meegevraagd omdat ik je wil leren kennen.” Eindelijk geraken ze echt aan de praat. Roberto wil graag weten waarom een Belgische vrouw alleen op reis is. Eva wikt en weegt haar woorden, ze kent hem nog niet goed genoeg om hem de volledige waarheid te vertellen. “Ik kom uit een lange relatie en had nood aan een andere omgeving om mezelf terug te vinden.” Hij kijkt haar schaapachtig aan, alsof hij niet begrijpt wat ze zegt. “En jij? Wie is Roberto?” Hij vertelt haar hoe hij zes maanden in het restaurant werkt om de overige zes maanden voor zijn moeder te kunnen zorgen. Het zachte wiegen van de boot, zijn warme stem, de zonnestralen die op haar huid branden, het is de perfecte combinatie. De boot ligt nu al een tijdje voor anker in het midden van het meer en het wordt snikheet in de brandende middagzon. Het zweet parelt op Eva’s voorhoofd en Roberto’s borstkas blinkt. “Laten we een frisse duik nemen en wat snorkelen,” stelt Roberto voor. Hand in hand springen ze het water in. Uitgeput van het zwemmen klautert Eva een uurtje later weer aan boord, ze is dolenthousiast. “Wauw, dat was prachtig! Ik had nooit gedacht dat het water zo helder zou zijn.” Roberto excuseert zich en laat Eva alleen op de voorsteven, als hij even later terugkomt, heeft hij een fles wijn en wat anti-pasti bij. Ze keuvelen rustig verder, gaan nog een keer snorkelen en kijken vanop de boot naar de ondergaande zon.De motor van de boot wordt in gang gezet en op een rustig tempo varen ze terug naar de steiger. Roberto trekt Eva tegen zich aan. “Als we aanmeren frissen we ons op en neem ik je mee uiteten,” fluistert hij in haar oor. Er trekt een warm gevoel door Eva’s lichaam. Voor het eerst sinds haar affaire voelt Eva opnieuw affectie. Of verwart ze het met lust?Even later staan ze weer aan wal en bedankt Eva Roberto’s vrienden voor de fijne dag. Met Roberto spreekt ze af dat hij haar binnen een uurtje oppikt aan de camping. Eva twijfelt even over haar outfit, maar kiest uiteindelijk voor het zwarte jurkje dat ze de eerste avond droeg.Exact een uur na hun afscheid staat Roberto met een rode Vespa aan de ingang van de camping. Italiaanser dan dit zal het niet worden, denkt Eva. Een kort ritje later komen ze aan bij een hoger gelegen restaurantje waar ze keuvelen over hun dromen en toekomstplannen. De fysieke aantrekking tussen hen is intens en de spanning is bijna tastbaar. “Roberto, ik ga eerlijk met je zijn,” bekent Eva. “Vanavond is het mijn laatste avond in Lazise.” Roberto kijkt Eva teleurgesteld aan. “Morgen reis ik verder door naar Rome.” Het blijft een tijdje stil. “Rome is fantastisch,” zegt hij plots. “Je zal het er vast naar je zin hebben.” Hun gesprek lijkt definitief stil te vallen en als Roberto de rekening vraagt, lijkt het erop dat hij zo snel mogelijk een einde wil maken aan deze fantastische dag.Opnieuw aangekomen aan de camping, legt hij de motor van de Vespa stil en stapt mee af. “Ik had niet verwacht dat je zo snel alweer zou vertrekken,” zegt hij terwijl hij met haar meewandelt. “Ik had je graag beter leren kennen. En wie weet wat meer.” Eva gniffelt, ze is blij dat hij haar blozende wangen niet kan zien. “Dat vind ik lief van je. Maar dit had nooit meer kunnen worden dan wat plezier.” Roberto stopt abrupt met stappen en neemt haar handen vast. Nog voor hij iets kan zeggen, drukt Eva haar lippen op de zijne. Na een innige zoen wandelen ze hand in hand verder. “Ik ben er nog niet aan toe me open te stellen voor iemand nieuw,” zegt Eva verlegen. Haar blik is op de grond gericht en haar duim streelt zenuwachtig zijn handpalm. “Ik wil nog wat fladderen, dingen ontdekken en proeven. Genieten.” Even voor ze bij haar tent aankomen, wijst Eva ernaar. Roberto’s mond valt open van verbazing. “Slaap jij hier al een week in?” Met een gelukzalige glimlach knikt Eva. “Mag ik je dan voor je laatste nacht hier op zijn minst een bed aanbieden?” Zijn voorstel klinkt verleidelijk, maar Eva heeft één voorwaarde. Haar handen strelen zijn bovenarmen. “Als deze twee bij de overnachting inbegrepen zijn, heel graag.” Roberto’s appartement is een typisch mannelijk stulpje. Her en der liggen wat kleren, op tafel staan restjes pizza, zijn bed is onopgemaakt. Terwijl Roberto in een kast rommelt, biedt hij aan om op de zetel te slapen. “En wat met die omhelzende armen?” vraagt Eva. Ze stapt op hem af en kust hem op de mond, haar handen glijden over zijn borstkas. Roberto tilt Eva op en draagt haar naar de slaapkamer. In een ijltempo liggen ze beiden naakt op bed. Voorzichtig en aftastend ontdekken ze elkaars lichaam. Eva geniet hoorbaar en laat zich volledig gaan. Een intense en stomende vrijpartij later, liggen ze uit te puffen op bed. Roberto’s vingers strelen zacht over Eva’s borsten. Hij kijkt haar begeerlijk aan. “Jammer dat je morgen al vertrekt.” Schuldbewust kijkt Eva weg. Als ze op wil staan, houdt Roberto haar tegen. “Blijf voor de nacht, laat ons nog even van elkaar genieten.” Eva bloost en twijfelt. Ze wil geen spijt krijgen, ze moet nu gaan voor ze zich bedenkt over de rest van haar reis. Met een lange zoen neemt Eva afscheid van Roberto. Nadat ze de deur achter zich dicht heeft gedaan, slaakt ze een diepe zucht. Wat moeizaam staat Eva op, eenmaal ze al haar spullen in de auto heeft gegooid en heeft afgerekend bij de receptie, gaat ze nog even met haar voeten in het meer staan en snuift voor de laatste keer de zalig zilte geur in. Met de ramen naar beneden en de muziek luid, zet Eva koers richting Rome. In haar achteruitkijkspiegel ziet ze het Gardameer steeds kleiner worden, net als Roberto die verslagen naast zijn rode Vespa staat.Hij heeft haar op een haar na gemist. Eva trapt zonder achteromkijken het gas in en rijdt het volgende avontuur tegemoet.

Joni Motmans
10 0

Mijn goeie vriend. Bij de hulpverlening. heroïne 1

poul Cadovius lives with living, design,1950, 60, ********************************************************************* Het was koud ijskoud net voor nieuwjaar dat ik hem terugzag hij zag er vaal uit, zijn huid was grijs, maar hij was in volle moed. Ik kwam net, de goedkoope winkel, de krak in de korte koepoortstraat uit toen ik hem ontmoete. Ik had wat spulletjes gekocht voor het Nieuwjaarsfeestje samen met mijn broer. Het was een van de beste nieuwjaarsfeestjes die ik sedert lang meemaakte. Toen ik terug kwam in mijn 1 kamer werd er aangebeld mijn goeie vriend of hij een tijdje kon komen logeren. Dat kon hij op een voorwaarde geen heroïne als hij wilde dan bood ik mijn hulp aan. Hij beloofde. De dag daarna vertrok hij en stond des avonds terug aan de deur. Compleet weg. Ik liet hem staan. Drie dagen beantwoorde ik de deurbel niet. Buiten was het ijskoud. De vierde dag liet ik hem terug binnen. Hij aanvaarde alle hulp. Ik belde een opvangcentrum omdat we samen beseften dat er hulp bij nodig was. Op dat moment was hij voor honderd % bereid om te stoppen. Ik wist als de drang weer te sterk werd dan was ik hem weer kwijt.Maar in het centrum ALLE centra werden we afgescheept want een of ander genie in de hulpverlening had besloten dat men pas na 14 dagen een voor intakegesprek kon uitgenodigd worden. IK vroeg hen wat er zou gebeuren wanneer ik hem op hun stoep zou achter laten. De hoorn werd neergegooid. Ik belde dokters, hulp verleners overal kreeg ik hetzelfde antwoord. Ik lei hen mijn dilemma voor.Mijn vriend was niet zomaar verdwenen. Hij was bezig de gehele buurt te bestelen. De GB op de groenplaats was toen een welwillend slachtoffer. Met een eenvoudige schroevendraaier brak men er binnen. Toen ik vroeg aan de hulpverleners of ze wel beseften wat er zou gebeuren wanneer de eerste behoeften om heroïne zich zouden aandienen. Hij zou weer binnen een paar uur de deur uitgaan om te stelen en te schoren. Laat hem maar stelen zeiden sommigen en binnen 14 dagen mag hij voor een intakegesprek komen. Ten lange laatste belde ik de BRT Panorama op ze hadden net een reportage over een wanhopige moeder uitgezonden die nergens hulp had gekregen voor haar dochter. De gewillige mensen van de BRT zeiden dat de vrouw nog nergens hulp had gevonden. Maar ze wisten wel een vrouwelijke dokter die hulp bood.Ik maakte contact met de arts en omdat ze de problemen begreep zorgde ze direct voor een consultatie. Ze schreef onmiddellijk, net voor de sluiting van alle apotheken, een middel voor die de behoefte aan heroïne zouden temperen. Dat deed het middel en ondertussen werd het avond. Na het innemen van het middel viel hij in slaap. Hij sliep de dag rond. At een beetje en viel terug in slaap. Hij was uitgeput. Iedere week gingen we een uurtje op consultatie bij de dokter. Eindelijk vond hij rust in een voor hem veilige omgeving. Hij sliep een maand lang.Na twee maand werd hij meer en meer waker. Mijn eenpersoonskamer was een veilig kleine knusse kamer. In de straatjes rondom liepen de dealers rond. Hij kon niet buiten of hij dreigde een van de velen te ontmoeten.

verf ed: Contemporary interdisciplinair ArtTIST, nen tjolder, nen dommekloot
10 0

Open Brief

Hallo aan iedereen;  Mijn naam is Kiya Lee. Ik ben 36 en langdurig werkloos. Ondertussen zal het bijna 2 jaar zijn.  Deze open brief dient om niet alleen mijn persoonlijke ervaringen te delen. Maar ook om vele ogen te openen.  Laat ons ten eerste al eens beginnen met de stigmatisering van werklozen en minderbedeelden. Maar ook migranten, allochtonen, bejaarden, zieken en daklozen. Of zoals ik ons de bijnaam geef: “The Unlucky Seven”. De zeven favoriete groepen om te gebruiken als schandpaal en slachtoffer door zowel politici als de maatschappij. De armsten en meest kwetsbaarste mensen in onze maatschappij die zogezegd verantwoordelijk zijn voor alles dat op één of andere manier fout zou lopen.  Wij zouden niet willen werken. Wij zouden geen motivatie hebben. Leven als Goden in Frankrijk. Lui zijn. Profiteren. Of, in de woorden van onze eigen Eerste Minister: “professionele doppers”. Een mening die wordt geadopteerd door de maatschappij. Waaronder, jawel, ook aanwervers bij horen. Mensen die ons aan een job kunnen helpen, maar door de stigmatisering ons zelfs nooit een uitnodiging sturen voor een sollicitatie. En dan kijkt de maatschappij naar jou. Want jij bent werkloos. “En als je wil werken, dan vind je werk”.  Ik heb 6 jaar ervaring in de verkoop. Maar die volledige 6 jaar is via art. 60 (sociale tewerkstelling), vervangingscontracten en dagcontracten. Aannemers kijken zelfs niet eens naar zo een CV. Mijn laatste uitnodiging om op sollicitatie te gaan dateert al meer dan 9 jaar geleden. Desondanks heb ik méér dan 5000 uitgaande sollicitaties.  Maar het zal dan mijn schuld zijn?  Wij worden verweten te profiteren.  Maar vertel mij eens, werkend Vlaanderen dat kreunt onder de vergrote betaal druk; als jullie al klagen onder de betaal druk, en al moeite hebben jullie hoofd boven water te houden .. hoe kan je dan in Godsnaam denken, en zelfs overtuigd zijn, dat mensen met een véél lager inkomen een beter leven hebben dan u?  Waar zit de logica daarin?  Ik krijg maandelijks (officieel) 1400/maand. (In real life ligt dat vaker dichter tegen 1300/maand).  De gemiddelde huurprijs in België bedraagt 900-1000/maand. De regering is ook van plan om de huurprijzen voor sociale woningen omhoog te trekken. Elektriciteit en gas zijn luxe producten geworden. (Ik gebruik mijn verwarming al 4 jaar niet meer; en dit jaar werd ik ook geforceerd mijn tv te ontpluggen en mijn lichten niet meer te gebruiken. Ik was mezelf dagelijks met ijskoud water. Slechts 1 keer per maand in de warme douche. En ik betaal me nog blauw). En dan heb je nog geen eten. Waar je vroeger met 50 euro best een eindje kwam in de winkel, is dat nu met moeite genoeg voor een dag of 2, 3 als je héél zuinig bent.  En dan moet je nog vaste rekeningen betalen, schulden, en geld proberen te sparen. Én moet je nog op één of andere manier een budget opzij houden om werk te zoeken. Want jawel, werk zoeken kost ook geld.  En dan krijg je te horen, live in het Nieuws, van de leiders van ons land dat mensen als ik profiteren en onze uitkering niet verdienen. Lees je online de meest gruwelijke comments van mensen die ons vervloeken. Die hopen dat we alles kwijt spelen. Dat we dakloos worden. Want men ziet ons als niks meer dan “vuile werklozen” en “ze verdienen het”.  Nét omdat ze die misinformatie meekrijgen van menig politici. Generatie na generatie. Een haat die telkens groter en heviger wordt. Vooral nu social media erbij betrokken is. Ik heb zelfs al doodsbedreigingen ontvangen omdat ik vaak verdedig en de waarheid probeer te vertellen op sociale media omtrend dit soort onderwerpen. Omdat het mijn leven beïnvloed. Omdat het deuren voor mij sluit die voor anderen altijd open zullen blijven staan. Omdat ik als een zesde-rangs burger wordt behandeld. En dan ga ik me ook zo voelen. Want om de duur ga je ook bij jezelf de schuld gaan zoeken. Begin je jezelf de kop vol te schelden. Ga je iedere onbeantwoorde sollicitatie persoonlijk gaan opnemen. Ga je solliciteren voor jobs die onder jouw mogelijkheden liggen, en word je zelfs daarvoor afgewezen en afgedankt. Dat neem je allemaal persoonlijk op. Het gaat in je hoofd leven. Het gaat je gevoel beïnvloeden en over tijd word je depressief, en die depressie wordt alleen maar erger, en erger. Omdat er telkens méér druk komt. Omdat men constant nieuwe wetten maakt die net jou gaan viseren. Dus verdubbel je je dagelijkse sollicitaties, ga je nog vaker langs bij interims, ga je vaker langs bij dezelfde winkels met je CV. Tot het zo vaak wordt dat men je vraagt om niet meer terug te komen. Tot het zo erg wordt dat je weigert een interim buiten te gaan zonder een job, en men de politie belt om jou buiten te halen.  En dan word je opnieuw verweten dat je niks doet. Dat je niks wilt. Dat je geen moeite doet. Dat je profiteert. Omdat dat stereotype zodanig is ingeburgerd dat het voor vele mensen een waarheid is geworden. Men weigert te zien, of zelfs te erkennen, dat jij moeite wil doen. Dat jij vooruit wil gaan. Want het enige dat men ziet is die optelling van werkloosheid. Het enige dat men erkent is een profiteur. Een minderwaardig lid van de maatschappij, neen, zelfs dat ben je niet. Want voor hen maak je geen deel uit van de maatschappij. Ook niet voor politici. En dat merk je aan iedere nieuwe wetgeving waarin werklozen en laaggeschoolden compleet en volledig over het hoofd gezien worden. Omdat niemand wat geeft om minderbedeelden. Omdat niemand aan ons denkt. Tot het te laat is. Ik was het kotsbeu. En wanneer ik zeg dat ik het kotsbeu was mag je dat letterlijk opnemen.  Ik was het beu dat ik mezelf in depressie liet vallen omdat ik het beeld wilde nastreven dat jullie zien als “menswaardig”. Ik vergat mezelf. Ik vergat mijn eigen ambities, mijn dromen. Mijn talent. En dus koos ik voor mezelf. Voor het eerst in mijn leven koos ik voor mezelf. Voor mijn eigen mentale gezondheid. Om mijn eigen leven te redden. Want ik was al zo ver heen dat ik enkele keren zelfmoord probeerde te plegen. Want ik was toch niks meer dan een last voor de maatschappij en mensen rondom mij. Ik geloofde dat écht. Ik was er van overtuigd. Want al mijn hele leven werd mij dat gezegd. Maar vooral; ik had mezelf net voor 1000% gesmeten in mijn nieuwe job. Er was mij een vast contract beloofd. Dus smeet ik me nog harder. Ik wilde bewijzen dat ik het waard was, dat ik vooruit wilde. Dat ik dat contract wilde. Zodat ik eindelijk al die stress achter mij kon laten. Zodat ik eindelijk als een mens behandeld zou worden. En dan ging het plots allemaal mis. De persoon die mij een vast contract beloofde ging in zwangerschapsverlof. Voor haar verlof werd iemand gepromoveerd. Die persoon haatte mij. En die persoon heeft mij vervolgens 8 maanden lang dagelijks gepest. Ik was hoofdmagazijnier, en dat nam hij me af. In de plaats daarvan moest ik wc’s kuisen en jobs doen die normaal aan nieuwe mensen werden gegeven. Ik werd weggehouden van de werkvloer en mijn collega's. En als centerpiece van zijn pestgedrag was de zomer. Hij had “per ongeluk” het verlof van iedereen goedgekeurd. Wat ervoor zorgde dat er te weinig mensen waren om alle afdelingen te vullen. En aangezien ik in iedere afdeling thuis was moest ik 4 afdelingen overeind houden. 2 ervan in mijn eentje. Ik moest iedere dag komen werken, van opening tot sluiting, dat is 6 dagen op 7. Bovendien moest ik vervangen in de eerste pauze, én de tweede pauze en was er geen pauze voor mij gepland. Het was toen ook een bloedhete zomer. Ik heb dat bijna 2 maanden helemaal alleen gedaan. Toen iedereen terug was en ik doodmoe was, vroeg ik zelf 2 verlofdagen aan. Toen ik de maandag erna terug kwam werken, werd ik meteen opzij geroepen. Daar werd mij verteld: “Je contract wordt niet meer verlengd, aan het einde van de maand mag je vertrekken”. De reden? “Te vaak onwettig afwezig”. Ik werd ontslagen. Mijn laatste loon werd voor 70% ingehouden, nadat ook mijn voorlaatste loon voor 50% was ingehouden. Ik zat met 2 maanden huurachterstand en moest mijn huisbaas vertellen dat ik geen job meer had. En die zette mij op straat. Ik werd dakloos. Ik leefde in een bos voor bijna 11 maanden eer ik eindelijk opvang kreeg.  Toen ik dan weer een appartement vond, nam ik de beslissing om deze keer op mezelf in te zetten. Ik meldde dit aan mijn begeleidster bij de VDAB. Waarna mijn dossier werd overgemaakt naar GTB en er een akkoord werd gemaakt om een werktraject te maken dat mij 100% liet focussen op mijn talent: novels schrijven (in de Engelse taal, sorry, maar ik schrijf gewoon niet graag in AN.. Het is zo saai). Het einddoel was publiceren. Dus, ik schreef een boek van bijna 300 duizend woorden. Ik meldde aan mijn vakbond dat ik via GTB in begeleiding een boek heb geschreven en dat nu graag wilde publiceren. Ik vroeg hen wat ik daarvoor moest doen.  Ik kreeg geen antwoord. 2 weken gingen voorbij. Dus ik publiceerde mijn boek via Amazon’s KDP. Een zelf-publicatie uitgeverij. Nog een week ging voorbij. Ik verkocht enkele boeken en verdiende 7 euro. Een nieuwe maand begon en mijn uitkering was niet gestort. Ik wachtte nog een dag, voor de zekerheid, en stuurde dan een mail met de vraag waarom. Het antwoord dat ik kreeg was het volgende: “Ah, omdat u een boek schreef. Dat is illegaal. "U bent werkloos”. (Het is trouwens niet illegaal, ik was gestraft zonder dat daar een reden voor was). Wat volgde was een zeer donkere, depressieve en stresserende maand December zonder inkomen, zonder eten. Dagelijks stuurde ik mails om te zeggen dat ik mijn boeken offline had gehaald. Dat ik niet wist wat ik fout had gedaan, dat ik hen zelf op de hoogte had gebracht en niet had gefraudeerd. Dat ik amper 7 euro had verdiend. En dan krijg ik telefoon van de baas van de vakbond-branche in dit deel van West-Vlaanderen. En zegt die, dood serieus: “7 euro is een volwaardig inkomen, mnr Goethals”.  Ondertussen ben ik al meer dan een jaar bezig om toestemming te ontvangen om mijn boeken te kunnen publiceren. Zodat ik mij een auteur kan noemen. Zodat ik niet langer werkloos zal zijn. En dit zijn de opties die mij zijn voorgesteld; en als “eerlijk” worden beschreven; Optie 1: Kunstwerkattest Starter. Om hiervoor in aanmerking te komen moet je voldoen aan 3 voorwaarden. Voorwaarde 1: Je moet beschikken over een hoger diploma, of bachelor, in de kunst (al meteen worden alle kansen voor laaggeschoolden weggenomen) of je moet gelijkgestelde professionele ervaring kunnen bewijzen (en zo verliezen alle werklozen hun kansen want een werkloze mag niet werken in de kunst zonder éxact dit attest). En al meteen doen de 2 andere voorwaarden er helemaal niks toe want iedereen die vooruit wil, maar minderbedeeld is, is al meteen alle kansen ontnomen. Ik zit hier nog steeds met afgewerkte novels waarmee ik niks kan doen. En opnieuw word ik dan verweten dat ik niks doe, dat ik niet vooruit wil en dat ik profiteer. Door zowel politici als de maatschappij.  Gewoon voor de volledigheid: Voorwaarde 2:  Je moet kunnen bewijzen dat je in loopbaanbegeleiding bent, of een carrièreplan hebt. (Dit is werkelijk de enige eerlijke voorwaarde). Voorwaarde 3: Je moet kunnen bewijzen dat je minstens 300 euro hebt verdiend met je kunst in de afgelopen 3 jaar (opnieuw worden werklozen uitgesloten want wij mogen geen geld verdienen in de kunst zonder éxact dit attest). Of je moet 5 professionele activiteiten kunnen aantonen (en ik val in herhaling: een werkloze mag niet professioneel in de kunst werken zonder éxact dit attest. Een novel schrijven, een volledig novel schrijven; telt trouwens maar als 1 activiteit. Dus niet alleen verwachten ze dat je 5 volledige novels schrijft voor je aanmerking kan komen, ze ontnemen ook nog eens de kansen van beginnende artiesten en dit terwijl dit éxacte attest een ‘starter’ wordt genoemd).  Optie 2: ‘Springplank naar Zelfstandige’. Hiermee neem ik het statuut aan van zelfstandige en kan ik mijn novels in eigen beheer publiceren (zelf-publicatie dus). Klinkt allemaal mooi, he? Tot je opnieuw de voorwaarden hoort die daaraan verbonden liggen en je meteen merkt dat een artiest hier nooit mee geholpen is. Je krijgt 1 jaar. That’s it. Je krijgt 1 volledig jaar om “een volwaardig en egaal maandloon te verdienen”.  Ten eerste verdien je als auteur geen maandloon. Je wordt betaald in royalties. Als ik het bedrag van mijn uitkering wil halen, 1400/maand. Dan moet ik zo’n 700 boeken per maand verkopen. Ik zou dit moeten doen als debutant, in mijn debuutjaar, met mijn debuut novel zonder enige naamsbekendheid en zonder promotie behalve wat ik zelf post online?  En lukt het niet in dat jaar, dan “mag je deze activiteit nooit meer uitvoeren als hoofd- of bijberoep”. Dus opnieuw worden mijn vleugels geknipt. En nu dan?  Ik vind nog steeds enkel werk als vervanger, of via dagcontracten.  Geen van beide telt mee om mijn uitkering te behouden. Weet u nog over de 6 jaar ervaring waarover ik u vertelde? Wel, in de ogen van de nieuwe regering heb ik nog nooit een dag in mijn leven gewerkt want vervangingscontracten en dagcontracten tellen niet mee. Ook mijn novels gaat men niet zien als werk. Ik mag er nog 500 schrijven. Ik kan niet eens de toestemming krijgen om ze te publiceren, en doe ik een poging word ik behandeld als een crimineel en fraudeur omdat ik er 7 euro aan verdiende, én verlies ik een hele maand aan inkomen en eten.  Maar dan doe ik niets.  Dan wil ik niets.  Dan wil ik niet vooruit.  Dan ben ik lui. Een profiteur.  Een niksnut. Toch, werkend Vlaanderen? Want “als je wil werken, dan vind je werk”, toch?  Want aanwervers discrimineren niet. Het zijn werklozen die niet solliciteren, toch?  Het is niet de wet die discrimineert. Het zijn minderbedeelden die gewoon criminelen zijn, omdat ze minderbedeeld zijn, toch?  Hoe moet ik nu verder?  Ik kon ondertussen al een carrière als auteur hebben, zonder al die belachelijke en zéér specifieke wetten die zéér specifiek werklozen en laaggeschoolden viseert en verbiedt iets van hun leven te maken.  Ik heb me kapot gewerkt voor anderen en het was niet goed genoeg. Ik heb me kapot gewerkt voor mezelf, en mijn kansen worden weggenomen. En nu dreig ik mijn hele leven te verliezen omdat Bart De Wever vindt dat ik een “professioneel dopper” ben, omdat rijke mensen niets anders zien dan stereotypes.  De rijke politici zijn zo out-of-touch door hun riante lonen dat men niet meer in staat is om een land op een eerlijke manier te leiden.  Wij uitkeringsgerechtigden worden verweten te profiteren. Met onze inkomens die lager liggen dan de armoedegrens van België (die vorig jaar op 1520/maand lag). Maar wat dan met politici die betaald worden uit dezelfde pot met geld? 1 van hen krijgt per maand méér dan wij ontvangen in een volledig jaar. Daarbovenop krijgen menig politici vergoedingen voor hun huur en boodschappen, ook een bedrag dat aan 1000 euro en hoger ligt.  Én men krijgt auto's, chauffeurs en soms zelfs woningen (waar ze dan nog eens quasi gratis in wonen). Sommigen hebben dan nog eens meerdere jobs, en dus meerdere lonen. Én ze geven zichzelf ieder jaar bonussen en loonsverhogingen. IEDER jaar. Of wat met de Koninklijke familie? Die krijgen 44 miljoen PER JAAR. Waar is dat in godsnaam voor nodig!? Smeren ze goud op hun boterham misschien?  Dat zijn dan géén profiteurs?  Daar moet dan niet in bespaard worden?  Neen. Het moet allemaal gehaald worden bij mensen die met moeite nog kunnen overleven in dit land van, en voor, de rijken? Wij verliezen onze uitkeringen, of krijgen lagere uitkeringen. En zij geven zichzelf opnieuw een loonsverhoging…  Hoeveel daklozen gaat dit wel niet maken? En als iemand die zowel recent, en zowel als 17 jarige, dakloos is geweest voor zéér lange periodes. (11 maand als 30 jarige, en 18 maanden als 17 jarige); de hulp voor daklozen is zelfs nog erger. Je staat er zo goed als alleen voor. En probeer maar jobs en verhuurders te overtuigen dat je deftig persoon bent als je niet eens een adres hebt, of paspoort hebt.  Het maakt echt niet veel uit wat je doet, of hoe je leeft, als minderbedeelde. Want je zal er altijd uitzien als een profiteur in de ogen van iedereen die zich boven jou waant in de sociale rangorde.  En waarom, eigenlijk?  Hoeveel verhalen hebt u ooit al gehoord over minderbedeelden die uitkeringen misbruiken en er geweldige levens mee leiden? In uw hele leven, hebt u ooit in het Nieuws, of in de krant, of in een magazine, of documentair/talk show gezien, met bewijs en getuigenissen, dat minderbedeelden frauderen?  Weet u hoeveel verhalen over frauderende politici, OCMW directeurs, zorghuismedewerkers, dokters, etc ik al heb gehoord in mijn leven? Het is quasi een wekelijks fenomeen.  Maar toch wordt nog steeds die beschuldigende vinger naar ons gewezen?  En niemand stelt zich hier ooit vragen bij?  Want het is makkelijker om neer te schoppen dan om de spreekwoordelijke “glass ceiling” te breken, he? En dus verandert niemand van mening. Want niemand respecteert de minderbedeelden. Niemand denkt aan ons, en iedereen denkt al slecht over ons. Dus waarom zou jij om onze gevoelens moeten geven en recht staan tegen een steeds elitair wordende regering, persoon die dit leest?  Goh, ik kan u enkele voorbeelden geven waarom. Voorbeelden uit het verleden, uit andere landen. Waar mensen te laat reageerden en dan plots gevangen kwamen te zitten in een systeem waar ze niet origineel voor hadden getekend. Maar als ik deze zeer bekende historische slechte figuren benoem met naam, kan dat ook tegen mij gebruikt worden als zijnde laster en eerroof tegenover onze elite politici (alsof dat niet net is wat politici doen met werklozen, maar niemand straft de rijken, he.. Want niemand geeft wat om de armen). Maar ik denk dat de meesten van jullie wel weten welke personen ik bedoel.  Om 1 recent voorbeeld te geven:  De oranje Amerikaan. Dat is waar wij naartoe gaan als land. Het zijn altijd de armsten die het eerst merken. En niemand neemt ons ooit serieus. Maar fascisme groeit snel.  5 jaar geleden waarschuwde ik mensen nog online dat de anti-woke movement enkel een terugkeer van fascisme zou teweegbrengen. En ik werd bespot.  En kijk nu. De aanval op, en de theoretische uitroeiing van, de minderbedeelden is begonnen door de elite van ons land. En als ik degene moet zijn die u moet vertellen dat de elite niet uw vriend zijn, werkend Vlaanderen, dan kan ik enkel maar zuchten en mijn hoofd schudden. Want dan is het al te laat. Blijkbaar bestaat geschiedenis dus niet om ervan te leren ….  En ik ben dan degene die geen werk vind en die niet eens een boek mag publiceren …  Unreal. De kans dat deze brief mij zuur zal komen te staan, want hoe durf ik zo'n toon aanslaan (right?), is zeer groot. Maar ik zal het toch posten. Ik heb veel weggelaten, veel niet meegegeven. Maar ik ben bereid om altijd in gesprek te gaan, beleef en hier, op dit bericht, in het openbaar, als iemand vragen heeft. Wat vraag ik? Het onmogelijke. Eerlijke hulp. Geen laster en eerroof meer vanuit de politiek tegenover minderbedeelde groepen. Begrip. Toestemming om mijn boeken te publiceren. Leefbaardere uitkeringen, of lagere winkelprijzen. Terugkeer van sociale tarieven!!! (Wiens idee was het zelfs om dat af te schaffen? Hoe erg moet je minderbedeelden haten om dat te doen?) en als laatste; respect voor mensen wiens levens vele malen harder zijn dan die van jullie. Mensen die al hun hele leven in survival mode leven, en dit in 1 van de rijkste landen ter wereld. Schandalig is niet eens een volwaardige beschrijving daarvan. (Respect is gratis, btw. En toch zijn het de rijksten die het nooit kunnen uiten).

K.L. Runaya
26 1